Inhoudsopgave
Advertenties
2
Plaats het papier.
Plaats het papier zodanig dat de korte zijde
eerst wordt ingevoerd.
Papierinvoerrichting
Lange zijde
BGebruik papier van standaardfor-
maat. U kunt geen gebruikmaken
van afwijkende papierformaten of
papierformaten die zijn geregi-
streerd in [Admin.].
BWanneer u [Afmetingen] instelt
bij stap 13 van de procedure voor
het opgeven van afdrukinstellin-
gen, plaatst u het papier dat
geschikt is voor de afmetingen
van het origineel na vergroting of
verkleining.
3
Plaats de papierontvangstlade.
(A
29 "De papierontvangstlade gebruiksklaar
maken")
4
Controleer of het basisscherm
voor het maken van masters wordt
weergegeven.
Als een ander scherm wordt weergegeven,
drukt u op de toets [MASTER MAKING]
(A
21).
5
Raak [Multi-Op Afdrukken] op het
tabblad [Functies] aan.
6
Raak een formaat naar wens aan.
Welk formaat u kiest, maakt niet uit in Multi-op
tickets.
7
8
Korte zijde
9
10
11
12
13
Hoofdstuk 3 Functies voor het maken van masters
Raak [Volgende] aan.
Raak [Ticket] aan.
Raak [Volgende] aan.
Raak [AAN] aan.
Geef de breedte van het origineel
op.
U kunt de breedte op een van de volgende
manieren opgeven:
• Door een numerieke waarde in te voeren met
de numerieke toetsen.
• Door [F] of [G] aan te raken.
BWanneer u [Afmetingen] instelt
bij stap 13 van de procedure voor
het opgeven van afdrukinstellin-
gen, definieert u de afmetingen
van het origineel na vergroting of
verkleining.
BWanneer u op de toets [C] drukt,
wordt de waarde teruggezet op
[50mm].
Raak [OK] aan.
Geef de andere gewenste instellin-
gen voor het maken van masters
op.
(A
44 "Functies voor het maken van masters")
(A
80 "Nuttige functies")
57
3
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
