114
Hoofdstuk 7 De bedieningsinstellingen opgeven
Een speciaal papierformaat regi-
streren [Aangep. papierdata]
Als u papier gebruikt dat niet van standaardformaat
(A
15) is, dient u het formaat vooraf te registreren.
U kunt de geregistreerde papierformaten kiezen bij
[Papierform]
(A
■ Papierformaten die kunnen worden gere-
gistreerd
100 mm × 148 mm t/m 310 mm × 555 mm
• U kunt papier van maximaal 310 mm × 432 mm
gebruiken in de standaardpapierontvangstlade. Als
de optionele wide Stacking Tray (Brede stapellade)
is geïnstalleerd
maal 310 mm × 555 mm gebruiken.
Afhankelijk van de papiersoort en het papierformaat
wordt papier mogelijk niet netjes gestapeld.
• Bij afdrukken op papier van 436 mm of meer wordt
de modus voor lang papier
geactiveerd.
Het papierformaat registreren
1
Raak [Aangep. papierdata] aan in
het scherm [Admin.].
2
Raak een knop aan waarvoor niets
is geregistreerd.
3
Geef de afmetingen van het papier
op.
53).
(A
168), kunt u papier van maxi-
(A
53) van de machine
U kunt de papierafmetingen op een van de vol-
gende manieren opgeven:
• Door een numerieke waarde in te voeren met
de numerieke toetsen.
• Door [G] of [F] aan te raken.
BWanneer u [H] instelt op een waarde
tussen 436 en 555 mm, wordt het
papier aangeduid als "lang papier".
(A
53 "Speciale papierformaten
gebruiken [Papierform]")
BVoor het gebruik van de modus voor
lang papier is de optionele Wide
Stacking Tray (Brede stapellade)
vereist.
4
Raak [OK] aan.
Het scherm [Aangep. papierdata] wordt weer-
gegeven.
Het papierformaat wijzigen
1
Raak [Aangep. papierdata] aan in
het scherm [Admin.].
2
Raak [Wijzig] aan.
3
Raak de knop van het gewenste
papier aan.
4
Wijzig de papierafmetingen.
5
Raak [OK] aan.
Het scherm [Aangep. papierdata] wordt weer-
gegeven.