22
Hoofdstuk 1 Informatie over de machine
Schermen op het touchpaneel
In dit gedeelte worden standaardschermen bespro-
ken.
Scherm [HOME]
In dit scherm kunt u een bedieningsmodus kiezen.
Dit scherm wordt weergegeven wanneer u op de toets
[HOME] drukt.
1
1 [MasterMake]
Raak deze knop aan om naar het basisscherm
voor het maken van masters te gaan.
2 [Afdrukken]
Raak deze knop aan om naar het basisscherm
voor afdrukken te gaan.
3 [Scannen]
Raak deze knop aan om naar het basisscherm
voor scannen te gaan.
(A
37 "Papieren origineel opslaan in elektronische
indeling")
Verificatiescherm
Dit scherm wordt weergegeven wanneer de verifica-
tiefunctie
(A
117) wordt ingeschakeld.
Volg de aanwijzingen om dit scherm te gebruiken.
■ Als [PIN-code] wordt gebruikt voor verifi-
catie
2
3
■ Als [USB-flash-geh.] wordt gebruikt voor
verificatie
■ Als [IC-kaart] wordt gebruikt voor verifi-
catie
Basisscherm voor het maken van
masters
In dit scherm kunt u functies voor het maken van mas-
ters instellen.
Bij gebruik van een papieren origineel worden niet
dezelfde items weergegeven als bij gebruik van een
elektronisch origineel.
■ Voor een papieren origineel
1
2
3
4
5
1 Meldingengebied
Hier ziet u de status van de machine en gebruiks-
instructies.
2 Tabknoppen
U kunt van scherm wisselen door de gewenste
tabknop aan te raken.
3 Functies
Hier ziet u de functieknoppen die kunnen worden
ingesteld.