Download Print deze pagina

Advertenties

ZEKERINGEN

B
1
Zekeringplaat in het interieur A
Als een elektrisch apparaat niet
werkt, controleert u eerst de staat
van de zekeringen en of de bedra-
ding goed op het desbetreffende ap-
paraat is aangesloten.
Controleer ook of de bedrading goed
op het desbetreffende apparaat is
aangesloten.
Bij een kortsluiting: stelt u de accu
buiten gebruik door de moer van de
negatieve kabel enkele slagen los te
draaien. Maak nooit de positieve ac-
cupool los voordat u de negatieve
hebt losgemaakt.
5.20
De zekeringplaat A in het interieur
bevindt zich onder de voetenruimte
van de voorpassagier.
Om deze te openen, licht u het tapijt
op en verwijdert u de deksel (met
A
behulp van een muntstuk).
Raadpleeg de sticker van de bestem-
ming van de zekeringen B die in het
zekeringkastje zit (zie ook de vol-
gende bladzijde) voor het bepalen
van de te controleren zekering.
R
Zorg dat u altijd reservelampen
en zekeringen in uw auto hebt.
Uw RENAULT-dealer kan u deze
leveren.
Controleer de betreffende zekering en vervang hem, indien nodig,
door een zekering met hetzelfde amperage als de oorspronkelijke
zekering.
Door een te sterke zekering kan de bedrading te heet worden en
kan brand ontstaan als een elektrisch orgaan door een storing te veel
stroom verbruikt.
Vervangen
Verwijder met het tangetje 1 de ze-
kering die u wilt vervangen. U kunt
de zekering uit het tangetje schui-
ven.
De zekeringen R zijn reservezeke-
ringen.
GOED
DEFECT
1

Advertenties

loading