3 - Plaats de krik
Zorg ervoor dat de krik stabiel staat.
Op een gladde of losse ondergrond kan
de krik wegglijden of wegzakken - Kans op
letsel!
Plaats de krik uitsluitend onder een
steunpunt 1 of 2 onder de auto, en
controleer of de kop van de krik goed tegen
het midden van het contactvlak van het
steunpunt drukt. Anders kan de auto
beschadigd raken en/of de krik wegzakken.
Controleer of alle inzittenden de auto
hebben verlaten en zich op een veilige
plaats bij de auto vandaan bevinden.
Steek uw handen of uw hoofd nooit in de
wielkuip.
Ga nooit onder een auto liggen die alleen
op de krik steunt (gebruik een assteun).
Gebruik niet:
– De krik voor andere doeleinden dan het
opkrikken van de auto.
– Een andere krik dan de door de fabrikant
geleverde krik.
De krik mag uitsluitend worden gebruikt
voor het verwisselen van een wiel met
een beschadigde band.
De krik is onderhoudsvrij.
De krik voldoet aan de Europese regelgeving
zoals deze is vastgelegd in de Richtlijn
2006/42/EG over machines.
Bepaalde delen van de krik, zoals de
schroefdraad of de verbindingen kunnen
letsel veroorzaken: vermijd aanraking.
Verwijder voorzichtig alle smeervetresten.
In geval van pech
Voorin
► Plaats de krik C onder steunpunt 1 aan de
onderzijde (bij het voorwiel).
Achterin
De krik moet zich ongeveer 60 cm bij de
rand van het achterwiel vandaan
bevinden.
8
115