Automatische sensorprogramma's
No. Programma
Gekoelde
maaltijd
4
Ingevroren
maaltijd
5
Gewicht/
Plaatsing
Een vers voorgekookte maaltijd
opwarmen. Al het voedsel moet
voorgekookt zijn. Voedsel moet
ongeveer op koelkasttemperatuur
van +5 °C zijn. Opwarmen in
container zoals gekocht. Met een
scherp mes de afdekfolie één keer
in het midden en vier keer rond de
rand doorprikken. Als u voedsel naar
200 g - 1000 g
een schotel overbrengt, bedek het
dan met doorgeprikte huishoudfolie.
Bodem van de
Selecteer programma no. 4. Begin
oven
met koken. Roeren bij pieptonen.
Aan het einde van het programma
nogmaals roeren en enkele minuten
laten rusten. Grote stukken vlees/
vis in een dunne saus vereisen
mogelijk een langere bereidingstijd.
Dit programma is niet geschikt
voor zetmeelrijk voedsel zoals rijst,
noedels of aardappelen.
Om een ingevroren, voorgekookte
maaltijd op te warmen. Alle voedsel
moet voorgekookt en ingevroren zijn
(-18 °C); Opwarmen in container
zoals gekocht. Met een scherp
mes de afdekfolie één keer in het
midden en vier keer rond de rand
doorprikken. Als u voedsel naar een
200 g - 1000 g
schotel overbrengt, bedek het dan
met doorgeprikte huishoudfolie.
Selecteer programma no. 5. Begin
Bodem van de
met koken. Roeren bij pieptonen en
oven
blokken in stukjes snijden. Aan het
einde van het programma nogmaals
roeren en enkele minuten laten
rusten. Controleer de temperatuur
en kook indien nodig nog een
paar minuten alvorens te eten. Dit
programma is niet geschikt voor in
porties ingevroren voedsel.
- NL 63 -
Instructies