Voorbeeld: in een scenario met twee pompen is de hoofduitgang (R1) ingesteld als aan/uit-regeling van de
pH-waarde met een instelpunt van 8,50, een dode band van 0,20 en een regelrichting "geforceerd omlaag". De
cascade-uitgang (R2) heeft een instelpunt van 9,00 en een dode band van 0,20. De slijtagecompensatie Ongelijke
tijdsduur (80/20) wordt geselecteerd met een cyclustijd van 15 minuten. Wanneer de pH-waarde 8,50 overschrijdt,
worden de aan-tijden voor elke pomp geëvalueerd. Wanneer R1 minder dan 80% van de totale tijd voor de twee
pompen ingeschakeld is geweest, wordt hij ingeschakeld. Anders is R2 minder dan 20% van de totale ingeschakeld
geweest en wordt dus ingeschakeld. Wanneer de pH-waarde boven de dode band blijft en niet het tweede instelpunt
(8,30 <pH < 9,00) overschrijdt, wordt de pompselectie elke 15 minuten opnieuw geëvalueerd en, indien noodza-
kelijk, wordt de pomp in bedrijf gewisseld. Wanneer de pH-waarde hoger blijft dan 9,00, worden beide pompen
ingeschakeld en is slijtagecompensatie geen argument meer. Wanneer de pH-waarde onder 8,80 daalt, worden de
aan-tijden van de pompen opnieuw geëvalueerd en de desbetreffende pomp uitgeschakeld.
Let op, hoewel deze regeling behoorlijk krachtig is, kan het verwarring veroorzaken bij de gebruikers, omdat de
instelpunten die voor een specifieke pomp binnen de hoofdcascadegroep zijn ingevoerd, niet overeen hoeven te
komen met de instelpunten die gebruikt worden voor het inschakelen van die betreffende pomp tijdens bedrijf. De
informatie op de Details-pagina's voor elke pomp moet toereikend zijn om deze verwarring te minimaliseren.
Regelmodusconflicten
Sommige regelmodi zijn niet compatibel met de functionaliteit van de cascade-uitgang vanwege een interactieve
relatie tussen de uitgang en een of meer gekoppelde ingangen:
•
Periodiek bemonsteren - deze regelmodus plaatst een gekoppelde sensor in een vasthoudtoestand tijdens het me-
rendeel van zijn werkingscyclus
•
Sondespoeling - deze regelmodus plaatst een of twee gekoppelde sensors in een vasthoudtoestand wanneer een
spoelcyclus bezig is en voor een opgegeven vasthoudperiode daarna
De koppeling tussen de uitgang en de sensoringang(en) kan niet gemakkelijk naar andere uitgangen worden over-
gezet, zodat deze regelmodustypes niet als hoofduitgang voor een hoofdcascadegroep kan worden toegewezen.
Uitgangen die met deze regelmodustypes zijn geconfigureerd, zijn niet opgenomen in de keuzelijst die voor de
hoofduitgang wordt getoond. Daarnaast kan de regelmodus van een uitgang die de hoofduitgang is voor een hoofd-
cascadegroep, niet in een van deze types worden gewijzigd. Na selectie zal de controller de wijziging niet kunnen
opslaan en wordt er een foutbericht toegevoegd aan het systeemlogboek.
Uitgangsgegevens
De details voor dit type uitgang omvatten de aan/uit-toestand van het relais, de relaisstatus (HOA-modus, vergren-
deling van sensorkalibratie, sondespoeling of andere toestand), de huidige cyclus en de totale aan-tijden, alarmen
met betrekking tot deze uitgang, de uitgang die gedefinieerd is als de hoofduitgang van de groep, de uitgang die de
laatste cascade-uitgang van de groep is, het aantal uitgangen dat momenteel binnen de groep ingeschakeld is, de
verstreken tijd sinds de laatste wijziging in het aantal ingeschakelde uitgangen, de verstreken tijd sinds de laatste
evaluatie van de slijtagecompensatie, het type uitgang en de huidige instelling van de regelmodus.
Instellingen
Raak het Instellingen-pictogram aan of wijzig de instellingen die verbonden zijn aan het relais.
De uitgang met de cascaderegelmodus die als de laatste cascade-uitgang binnen de hoofdcascadegroep is gedefini-
eerd, beschikt over instellingen waarmee de parameters kunnen worden bepaald die de werking van de complete
groep regelen.
Alle uitgangen met cascademodus die niet de laatste cascade-uitgang in de hoofdcascadegroep zijn (degene die
geselecteerd zijn als een hoofduitgang van een andere uitgang met cascademodus) beschikken over een beperktere
lijst met instellingen.
Cascade-instellingen (menu's met * worden alleen getoond in de instellingen van laatste cascade-uitgang)
HUA Instellin-
gen
Lead
Selecteer de modus Hand, Uit of Automatisch door de gewenste modus aan te raken
Selecteer de uitgang die de hoofduitgang voor dit relais moet zijn
88