144
Verzorging van de auto
■ Zie de Gebruikershandleiding voor
meer informatie.
■ Explosief gas kan in de buurt van
de accu aanwezig zijn.
Accu opladen
9 Gevaar
Voor voldoende ventilatie zorgen
bij het opladen van de accu. Er be‐
staat gevaar voor ontploffing als
gassen die tijdens het opladen
worden gevormd kunnen blijven
hangen!
Starthulp gebruiken 3 167.
Accu vervangen
Laat de batterij vervangen door een
werkplaats.
Dieselbrandstoffilter
Bij elke olieverversingsbeurt water‐
resten aftappen.
Opvangbak onder het filterhuis plaat‐
sen. Kartelboutje aan de onderkant
van het filter ongeveer één slag los‐
draaien om het water af te tappen.
Het filter is afgetapt zodra er diesel‐
brandstof zonder water verschijnt.
Schroef weer aanhalen.
Dieselbrandstoffilter met kortere in‐
tervallen controleren als de auto
dienstdoet in buitengewone omstan‐
digheden.
Dieselbrandstofsysteem
ontluchten
Als de tank is leeggereden moet het
dieselbrandstofsysteem worden ge‐
ventileerd of ontlucht.
Bijtanken en als volgt te werk gaan:
■ Het contact gedurende
5 seconden per keer inschakelen
(sleutel in stand M).
■ Contact gedurende 3 seconden uit‐
schakelen (sleutel in stand A).
■ Dit meerdere malen herhalen.
■ Motor starten (sleutel in stand D) en
weer uitschakelen (sleutel in stand
St).
Slaat de motor niet aan, dan de hulp
van een werkplaats inroepen.
Motor starten 3 116.