Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Dräger Oxylog VE300 Gebruiksaanwijzing pagina 61

Beademingsapparaat voor acute zorg en patiënttransport
Inhoudsopgave

Advertenties

De trigger activeren en instellen
1. Tik op de toets Meer instellingen.
2. Selecteer de therapieregelaar Trigger (A). De therapieregelaar wordt geel.
3. Stel de gewenste waarde in.
4. Bevestig de ingestelde waarde. De therapieregelaar wordt weer groen.
De beademingsmodus VC-AC wordt in het scherm weergegeven.
De triggereenheid verschilt afhankelijk van de configuratie van het apparaat.
Zonder Plus-optie: Trigger [niveau]
Met Plus-optie: Trigger [L/min]
De aanpassing van de triggergevoeligheid voor de patiënt gebeurt onafhankelijk
van de weergegeven eenheid en heeft hetzelfde effect op een trigger met [niveau]
of [L/min].
De trigger uitschakelen
1. Tik op de toets Meer instellingen.
2. Selecteer de therapieregelaar Trigger (A). De therapieregelaar wordt geel.
3. Stel de waarde in op Uit (therapieregelaar volledig naar links of rechts).
4. Bevestig de instelling. De therapieregelaar wordt weer groen.
De beademingsmodus VC-CMV wordt weer in het scherm weergegeven.
7.3.2
VC-SIMV, VC-SIMV/PS (optioneel)
VC-SIMV
Volume-Controlled - Synchronized Intermittent Mandatory Ventilation
(volumegecontroleerde gesynchroniseerde intermitterende mechanische
beademing)
Voor patiënten met onvoldoende spontane ademhaling of voor patiënten die
geleidelijk minder beademing krijgen.
Een vast opgelegd minuutvolume MVe wordt ingesteld met het teugvolume VT en
de ademfrequentie RR. De patiënt kan tussen de verplichte beademingsslagen
spontaan ademhalen en zo aan het totale minuutvolume bijdragen. Spontane
ademhaling kan met PS worden ondersteund.
|
Gebruiksaanwijzing
Oxylog VE300 2.1n
A
Bediening
61

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave