Montage en voorbereiding
1. Sluit de flowmeetleidingen aan op het apparaat. De manier waarop de
onderdelen in elkaar passen, is aangegeven door een gleuf op de connector die
van de beademingsslang afgekeerd moet zijn. Als die foutief wordt geplaatst,
zullen foutieve waarden worden weergegeven.
2. Sluit de beademingsslang aan op de gasuitlaat van het apparaat.
5.7.5
Het beademingscircuit voor éénmalig gebruik aansluiten,
pediatrische patiënten (Pediatrie-optie)
Het gebruik van slangen voor éénmalig gebruik kan het risico op kruisinfectie
verminderen. Slangen voor éénmalig gebruik worden schoon, maar niet steriel
geleverd.
WAARSCHUWING
Risico op lichamelijk letsel bij de patiënt
Vervuiling van het beademingscircuit voor éénmalig gebruik kan de patiënt in
gevaar brengen.
► Open de verpakking van beademingscircuits voor éénmalig gebruik pas kort
voorafgaand aan het gebruik.
Bij gebruik van de patiëntcategorie zuigeling het beademingscircuit voor
pediatrische patiënten gebruiken.
1. Sluit de blauwe flowmeetleiding aan op de blauw gemarkeerde connector.
2. Sluit de transparante flowmeetleiding aan op de andere connector.
3. Sluit de beademingsslang aan op de gasuitlaat van het apparaat.
5.8
Bacteriefilters, HME of katheterconnectors aansluiten
WAARSCHUWING
Risico op het terugademen van CO
Bacteriefilters, HME's, katheterconnectors en maskers verhogen de weerstand en
de dode ruimte van het beademingscircuit.
► Let op de aanwijzingen van de fabrikant.
Bij gebruik van een HME kan de gemeten flow afwijken van de daadwerkelijke
expiratoire flow als gevolg van de verlaagde temperatuur en vochtigheid van het
ademgas.
De flow- en volumemetingen kunnen worden aangepast voor gebruik met een
HME. Voor meer informatie, zie het volgende hoofdstuk: "De HME-correctie
instellen", pagina 80.
46
2
Gebruiksaanwijzing
|
Oxylog VE300 2.1n