5 | Intelligente toebereiding – iCookingSuite
1. Houd de toets ingedrukt:
>
Na 10 secondes wordt de actuele temperatuur van de ovenruimte aangegeven.
2. Om weer terug te keren naar de ingestelde parameterswaarden laat u de toets los.
Bereidingstijd
Met deze bereidingsparameter stelt u de tijdsduur in waarin de te bereiden etenswaren het gewenste
kookresultaat of een bepaalde gaarheid moeten bereiken. Bij sommige intelligente bereidingsprocessen kunt u uw
apparaat ononderbroken laten draaien op de door u vooraf bepaalde instellingen. Schakel hiervoor continubedrijf
in.
1. Kies de stand die is gemarkeerd met Continu.
Wanneer u de bereidingstijd hebt ingesteld, is de bereidingsparameter Kerntemperatuur niet beschikbaar.
Kernthermometer
Met deze parameter stelt u in of een gerecht met of zonder hulp van de kernthermometer moet worden toebereid.
Daarna kunt u de gewenste kerntemperatuur van de te bereiden etenswaren instellen. Bij productformaten met
een dikte van meer dan 20 mm wordt aanbevolen de kernthermometer te gebruiken.
Kerntemperatuur
Met deze bereidingsparameter stelt u in hoe hoog de kerntemperatuur of de gaarheid van de etenswaren moet
zijn.
Neem bij het instellen van de kerntemperatuur de geldende hygiënevoorschriften in acht voor het betreffende
levensmiddel in uw land.
Mate van gaarheid
Met deze bereidingsparameter stelt u in hoe gaar de te bereiden etenswaren moeten zijn. Aan elke mate van
gaarheid is een kerntemperatuur toegewezen die u kunt aanpassen aan uw wensen. Wanneer u kiest voor
bereiding bij lage temperatuur ligt de kerntemperatuur max. 10 °C lager, in combinatie met een houdtijd, dan bij
andere bereidingsprocessen. Bij de bereiding van gevogelte stelt u altijd een hygiënisch onberispelijke
kerntemperatuur van minstens 72 °C in. Neem de HACCP-voorschriften van uw land in acht.
Delta-T-bereiding
Met deze bereidingsparameter worden etenswaren met een constant verschil tussen de temperatuur van de
ovenruimte en de kerntemperatuur toebereid. Door de langzame toename van de temperatuur van de ovenruimte
met een constant verschil met de kerntemperatuur wordt het gerecht langzaam en bijzonder mild toebereid.
Verliezen bij het garen worden geminimaliseerd. U kunt een verschil instellen tussen 5 °C en 60 °C. Daarna moet u
de gewenste kerntemperatuur instellen.
Hoe geringer het verschil is tussen de temperatuur van de ovenruimte en de kerntemperatuur, des te langzamer en
milder wordt het gerecht bereid. Hoe hoger het verschil is tussen de temperatuur van de ovenruimte en de
kerntemperatuur, des te sneller wordt het gerecht bereid.
Kooksnelheid
Met deze bereidingsparameter stelt u de temperatuur in de ovenruimte in. Wanneer u efficiënt selecteert, worden
de te bereiden etenswaren bij efficiënte temperaturen gedurende een langere tijd bereid. Wanneer u normaal
selecteert, worden de te bereiden etenswaren bij hogere temperaturen in kortere tijd bereid. AANWIJZING! Het
bereidingsproces kan worden versneld bij een overstap van efficiënt naar normaal.
5.4.2
Extra functies
Vochtigheidsgraad ovenruimte
Met deze extra functie stelt u de vochtigheidsgraad in de ovenruimte in. U kunt beschikken over 2 niveaus. Hoe
hoger het gekozen niveau is, des te meer vocht bevindt zich in de ovenruimte en de mate van vochtigheid is
gedurende het gehele bereidingsproces hoger.
Wanneer u etenswaren wilt bereiden die geen extra vocht nodig hebben, drukt u op de toets:
geen extra vocht in de ovenruimte gevoerd.
38 / 124
Er wordt dan
Originele handleiding