Codeerstekker 5 in bus 2 aan-
brengen en in borgclip 3 in-
bouwen.
OPMERKING
De codeerstekker of de afdek-
kap wordt samen met het boord-
gereedschap in de buddyseat
bewaard.
Houder boordgereedschap 1 in
houders 2 aanbrengen en naar
beneden klappen.
Buddyseat inbouwen (
Contact inschakelen.
OPMERKING
Bij een aangesloten codeerstek-
ker blijven gedeactiveerde rijvei-
ligheidssystemen ook na het in-
en uitschakelen van het contact
gedeactiveerd.
Symbool voor codeerstek-
ker wordt weergegeven.
Rijmodus selecteren (
Rijmodus PRO
met rijmodi Pro
Rijmodus PRO instellen
Codeerstekker aanbrengen
(
78).
Contact inschakelen (
Menu Instellingen, Voer-
tuiginstellingen oproe-
pen.
De Rijmodus DYNAMIC PRO
kan worden aangepast.
90).
Rijmodus selecteren en beves-
tigen.
Dynamic Pro instellen
met rijmodi Pro
Rijmodus PRO instellen
(
79).
77).
4
SU
79
60).
z
SU