160
TECHNIEK IN DETAIL
De bandenspanningen
worden op het display
met temperatuurcompensa-
tie weergegeven en hebben
altijd betrekking op de vol-
gende luchttemperatuur in de
band:
20 °C
Bij de bandenspanningsmeters
van tankstations vindt geen
temperatuurcompensatie
plaats, de gemeten ban-
denspanning is afhankelijk
van de bandentemperatuur.
Daardoor komen de daar
weergegeven waarden in de
meeste gevallen niet overeen
met de waarden die op het
display weergegeven worden.
Aanpassing van de
bandenspanning
Vergelijk de RDC-waarde op
het display met de waarde op
de achterkant van de omslag
van de handleiding. De afwij-
king tussen beide waarden
moet met de bandenspannings-
meter van het tankstation wor-
den gecompenseerd.
Voorbeeld
Volgens de handleiding moet
de bandenspanning de vol-
gende waarde hebben:
Voorbeeld
2,5 bar
Op het display wordt de vol-
gende waarde weergegeven:
2,3 bar
Het volgende ontbreekt dus:
0,2 bar
Het testapparaat in het tank-
station toont:
2,4 bar
Om de juiste bandenspanning
te bereiken, moet deze naar
de volgende waarde worden
verhoogd:
2,6 bar
SCHAKELASSISTENT
met schakelassistent Pro
Schakelassistent Pro
De motorfiets is met de oor-
spronkelijk in de motorsport
ontwikkelde schakelassistent
Pro uitgerust, die aan het toer-
gebruik is aangepast. De scha-
kelassistent maakt het moge-
lijk om op- of terug te scha-
kelen zonder de koppeling te
bedienen of de gashendel te
verdraaien in nagenoeg alle be-
lastings- en toerengebieden.
SU