Inhoudsopgave
Advertenties
6 Verhelpen van storingen
6.3.5
Verkeerde afdrukpositie
Nr.
1
Horen het medium en het lint bij de printer?
2
Zijn het medium en het lint op de juiste manier
geplaatst?
3
Is het medium of het lint vervormd?
4
Is de printkop op de juiste manier geïnstalleerd?
5
Is de mediageleider correct ingesteld?
6
Is het juiste sensortype ingesteld?
7
Is de gevoeligheid van de sensor correct
ingesteld?
8
Is de verschuiving correct ingesteld?
9
Is de lengterichtingsverschuiving of het
basisreferentiepunt correct ingesteld?
10
Is de plaatrol vuil?
11
Is de mediasensor vuil?
12
Zijn er verkeerde gegevens of een verkeerd
signaal verstuurd vanaf de computer?
13
Is de plaatrol beschadigd?
242
CL4NX/CL6NX Bedieningshandleiding
Wat moet u controleren?
Oplossing
Gebruik media en linten die bij de printer horen.
Controleer of het medium en het lint op de juiste
manier geplaatst zijn.
Gebruik media en linten die niet vervormd zijn.
Vervormde media en linten kunnen niet
doorgevoerd worden.
Stel de printkop in.
Stel de mediageleider in.
Stel het juiste sensortype in.
instellen van het sensorniveau.
Stel de verschuiving in.
Stel de lengterichtingsverschuiving of het
basisreferentiepunt correct in.
Als de plaatrol vuil is, reinig deze dan met de
reinigingsset.
Voor het reinigen van de printer, zie
5.2 Onderhoud van de printkop en de
plaatrol.
Als de mediasensor vuil is, reinig deze dan met
de reinigingsset.
Voor het reinigen van de printer, zie
5.2 Onderhoud van de printkop en de
plaatrol.
Schakel de printer opnieuw in.
Controleer de gegevens verstuurd vanaf de
computer en de communicatie-instellingen.
Vervang de plaatrol.
paragraaf
paragraaf
Advertenties
Inhoudsopgave
