Aandrijvingen SAExC 07.1 – SAExC 16.1 / SARExC 07.1 – SARExC 16.1
met besturingseenheid AMExC 01.1
16.1 Instelling 2-draadssysteem 4 – 20 mA en 3-/4-draadssystem 0 – 20 mA einstellen
24
.
.
Sluit de spanning aan op de elektronische standmelder.
.
Breng de afsluiter in de eindstand DICHT.
.
Verwijder (indien aanwezig) het schijfje van de mech. stand- aanwijzing.
Sluit het meetinstrument voor 0 – 20 mA aan op de meetpunten (afb. P-2).
Het stroomcircuit (externe belasting) moet aangesloten zijn
(let op de max. belasting R
de klemmen (zie aansluitschema) moeten aangesloten zijn,
.
anders kan geen waarde gemeten worden.
Draai de potentiometer (E2) met de wijzers van de klok mee tot de
.
aanslag.
Draai de potentiometer (E2) een klein beetje terug.
Afb. P-2
Afdekplaat
Meetpunt (+)
0/4 – 20 mA
.
Draai potentiometer "0" naar rechts, totdat de uitgangsstroom begint toe te
.
nemen.
Draai potentiometer "0" terug, totdat de hierna genoemde waarde bereikt is:
bij 3-/4-draadssysteem:
bij 2-draadssysteem:
.
Op deze wijze wordt het elektrische nulpunt op de juiste wijze afgeregeld.
.
Breng de afsluiter in de eindstand OPEN.
.
Stel met behulp van potentiometer "max." de eindwaarde in op 20 mA.
Breng de afsluiter vervolgens opnieuw in de eindstand DICHT en controleer
de beginwaarde (0,1 mA of 4,1 mA). Indien nodig: corrigeer de instelling.
Als de maximale waarde niet bereikt wordt, moet nagegaan
worden of het juiste tandwielkastje gekozen is.
) of de desbetreffende polen van
B
"0" (0/4 mA)
ca. 0,1 mA
ca. 4,1 mA.
Bedieningsinstructies
"max." (20 mA)
E2
Meetpunt (–)
0/4 – 20 mA