Bediening
Schakel het toestel in.
Het hoofdmenu verschijnt.
Als u een bereiding wilt uitvoeren met
een functie met stoom, vult u het wa-
terreservoir en schuift u het in het
toestel.
Gedestilleerd water, water met kool-
zuur en andere vloeistoffen kunnen
de stoomoven beschadigen.
Gebruik uitsluitend vers, koud
drinkwater (kouder dan 20 °C).
Plaats het gerecht in de oven.
Kies de gewenste functie.
De functie verschijnt. Afhankelijk van de
gekozen functie verschijnen achtereen-
volgens het voorgeprogrammeerde ver-
mogen, de voorgeprogrammeerde tem-
peratuur en de bereidingstijd.
Wijzig de voorgeprogrammeerde
waarden voor de bereiding en stel de
bereidingstijd in, indien nodig.
De voorgeprogrammeerde waarden
kunt u achtereenvolgens wijzigen met
behulp van de sensortoets .
Bevestig elke keuze met OK. Bij func-
ties zonder microgolfoven start u de
bereiding door de temperatuur te be-
vestigen.
Bij functies met microgolfoven ver-
schijnt een samenvatting van de instel-
lingen en
Start
is gemarkeerd.
Bij functies met microgolfoven start u
de bereiding met behulp van de sen-
sortoets OK.
58
Bij alle functies verschijnen de inge-
stelde waarden en het bereidingsproces
telt af.
Wanneer u een temperatuur hebt inge-
steld, kunt u het stijgen van de tempe-
ratuur op de display volgen. Als de in-
gestelde temperatuur voor het eerst
wordt bereikt, klinkt er een signaal.
De microgolffunctie wordt uitgescha-
keld zodra u het bereidingsproces on-
derbreekt of de deur van de oven
opent. Met de sensortoets OK kunt u
de bereiding voortzetten.
Gebruik na de bereiding de sensor-
toets van de gekozen functie om de
bereiding te beëindigen.
Gevaar voor letsel door hete
stoom.
Bij een bereiding met stoom kan er
veel hete stoom vrijkomen als u de
deur opent. U kunt zich aan de
stoom verbranden.
Doe een stap terug en wacht totdat
de hete stoom is verdampt.
Haal het gerecht uit de oven.
Schakel de stoomoven uit.