104
STOELEN EN VEILIGHEIDSSYSTEMEN
5. Trek de schoudergordel helemaal
uit de oprolautomaat om de
blokkering te activeren. Wanneer
de blokkering is geactiveerd, kan
de gordel strak maar niet uit de
oprolautomaat worden getrokken.
6. Trek de gordel strak door het
kinderzitje omlaag te duwen, trek
aan de schoudergordel om de
heupgordel strak te trekken en
laat de schoudergordel terug-
lopen in de oprolautomaat.
Wanneer u een voorwaarts
gericht kinderzitje monteert, kan
het helpen dat u dit met uw knie
omlaag duwt terwijl u de gordel
aanhaalt.
Probeer de gordel uit de oprolau-
tomaat te trekken om te contro-
leren of deze geblokkeerd is. Als
de oprolautomaat niet geblok-
keerd is, herhaalt u stap 5 en 6.
7. Zorg dat het kinderzitje stevig
vastzit voordat u er een kind in
zet. Raadpleeg de instructies van
de fabrikant van het kinderzitje.
Zijn de airbags uitgeschakeld, dan zal
de UIT-indicatie op de statusindicatie
van de passagiersairbag oplichten en
blijven branden wanneer u de auto
start.
Zie "Als het AAN-lampje voor een
kinderzitje brandt" onder Passagiersde-
tectiesysteem 0 84 als er een kinder-
zitje is gemonteerd en het AAN-lampje
brandt.
Om het kinderzitje te verwijderen,
neemt u de veiligheidsgordel los laat u
deze terugrollen.