Inhoudsopgave
Advertenties
2.1
Belangrijkste veiligheidsmaatregelen
2.1.18 Verboden werkzaamheden
Deze paragraaf behandelt de belangrijkste verboden werk-
zaamheden tijdens de bediening, het bedrijf, reparaties en het
onderhoud van de machine.
Garantieaanspraken kunnen niet worden toegepast in vol-
gende gevallen:
•
verkeerde bediening van de machine,
•
onvoldoende of onjuist uitgevoerd machineonderhoud,
•
gebruik van verkeerde bedrijfsvloeistoffen,
•
gebruik en bedrijf van de machine voor andere doeleinden
dan de vermelde in de meegeleverde machine bedienings-
handleiding.
Het niet naleven van deze verboden werkzaamheden
kan van invloed zijn op eventuele beoordeling van een
ingediende klacht en verdere geldigheid van garantie-
vorderingen en garantie van de machine die door de
fabrikant van de machine, de vennootschap Dynapac,
verstrekt wordt.
De vennootschap Dynapac aanvaardt geen aansprake-
lijkheid voor apparaten die later gemonteerd worden en
niet door de vennootschap Dynapac geautoriseerd zijn.
De vennootschap Dynapac is niet aansprakelijk in ge-
vallen dat de machine op een onjuiste manier wordt ge-
bruikt wegens niet naleving van de instructies vermeld
in deze bedieningshandleiding, waarbij letsel kan ont-
staan, eventueel met dodelijke afloop, en beschadiging
van de machine of eigendom.
50
Verboden werkzaamheden bij de bediening van de
machine:
•
De bestuurder mag niet met de machine werken zonder
persoonlijke beschermingsmiddelen.
•
De bestuurder mag niet de bestuurdersplaats verlaten tij-
dens de werking van de machine.
•
De bestuurder mag de machine niet gebruiken als hij niet
voldoende overzicht heeft over de werkplek en als mogelij-
ke obstakels niet goed zichtbaar zijn. In dergelijke gevallen
moet een andere efficiënte vorm van verbinding tussen de
aangestelde werknemer en de machinebestuurder verze-
kerd worden. Om een verbinding tussen de aangestelde
werknemer en de machinebestuurder te verzekeren, raden
wij aan handsignalen te gebruiken.
•
De bestuurder mag niet met de machine werken bij verlaag-
de zichtbaarheid en tijdens de nacht, indien het werkterrein
rond de machine en de werkplaats niet voldoende verlicht
zijn.
•
De bestuurder mag niet de machine bedienen na gebruik
van alcoholische drank en narcotische stoffen.
•
De bestuurder mag de machine niet op een andere manier
bedienen dan vermeld in de meegeleverde machine bedie-
ningshandleiding.
•
De bestuurder mag geen andere personen op de machine
vervoeren, behalve personen die door de machine-exploi-
tant aangewezen zijn.
•
De bestuurder mag de machine niet in een beschermzone
rond elektrische leidingen en transformatorstations gebrui-
ken zonder naleving van de relevante nationale voorschrif-
ten.
•
De bestuurder mag niet over elektrische kabels rijden, in-
dien deze niet op een geschikte wijze beschermd zijn tegen
mechanische beschadiging.
•
De bestuurder mag de machine niet verlaten of zich van de
machine verwijderen zonder dat er maatregelen genomen
worden om inwerkingstelling of spontane beweging van de
machine te voorkomen volgens de instructies in de meege-
leverde machine bedieningshandleiding.
F80W
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
