Pagina 1
Asfaltafwerk- Gebruiksaanwijzing machine F 5 CS 04-0906 900 98 11 63...
Pagina 3
De fabrikant behoudt zich het recht voor in het belang van technische verbeteringen het beschreven machinetype te wijzigen, met behoud van de karakteristieke kenmer- ken, zonder ook de gebruiksaanwijzing dienovereenkomstig te wijzigen. Dynapac GmbH Wardenburg Ammerländer Strasse 93 D-26203 Wardenburg / Germany...
Pagina 7
Instellen en ombouwen ............1 Speciale veiligheidsvoorschriften ............... 1 Verdeelworm ....................2 Hoogte-instelling ..................2 Wormverbreding en materiaalschacht met veiligheidsafdekking (speciale voorziening) ................3 Nivelleerautomaat aansluiten ..............4 Regelen met de hellingregelaar ............. 4 Regelen met de hoogteregelaar ............4 Werken met de afstandsbesturing (O) ............
Pagina 8
Onderhoud ................1 Veiligheidsvoorschriften voor het onderhoud ..........1 Onderhoudsintervallen ................2 Dagelijks (of om de 10 bedrijfsuren) ............3 Om de 100 bedrijfsuren ................3 Om de 500 bedrijfsuren ................5 Jaarlijks (of om de 1000 bedrijfsuren) ............7 Om de 1500 bedrijfsuren) ................
A Gebruik volgens het bestemde doel De “Richtlijn voor het gebruik van asfaltafwerkmachines volgens het bestemde doel en volgens de voorschriften” wordt meegeleverd bij deze machine. De richtlijn is on- derdeel van deze gebruiksaanwijzing en dient beslist opgevolgd te worden. Nationale voorschriften zijn onbeperkt van toepassing.
B Beschrijving van de machine Toepassing De DYNAPAC asfaltafwerkmachine F 5 CS is een met rupsrijwerk uitgeruste machi- ne voor het aanbrengen van asfaltmengsel, wals- en mager beton, spoorwegballast en niet-gebonden mineraalmengsels voor bestratingen. F4_F5CS.wmf...
Module- en functiebeschrijving F4_F5CS.wmf Pos. Omschrijving Hopperbak Duwrollen voor bevestiging aan vrachtwagen Buis voor pijlstaaf (richtingaanwijzer) -bevestiging Kettingloopwerk Nivelleercilinder voor inbouwdikte Indicatie van de inbouwdikte Draagbalk Rijaandrijving van het kettingloopwerk Worm Balk Bedieningsbordes Bedieningspaneel Schijnwerper & = standaarduitrusting = aanvullende uitrusting...
Machine Constructie De asfaltafwerkmachine bestaat uit een frame van gelast staal waarop de afzonder- lijke modules zijn gemonteerd. De kettingloopwerken effenen de bodem en garanderen door de ophanging van de inbouwbalk een bijzondere inbouwnauwkeurigheid. Met de traploze hydrostatische rijaandrijving kan de snelheid van de machine worden aangepast aan de omstandigheden.
Pagina 16
Besturing/bedieningsbordes: De onafhankelijke, hydrostatische rijaandrijvingen maken draaien op de plaats mogelijk. De elektronische synchronisatie zorgt voor een exacte rechtuitloop; deze is instelbaar op het bedieningspaneel. Duwrollentraverse: De duwrollen voor asfaltvrachtwagens zijn bevestigd op een tra- verse, die in het midden draaibaar gelagerd is. De traverse maakt het mogelijk de verschillende afstanden tot de achterwielen van de vrachtwagens te overbruggen.
Pagina 17
Nivelleersysteem/dwarshellingregeling: De machine is standaard elektrisch en hydraulisch voorbereid voor de aanbouw van een nivelleerautomaat. De nivelleerinstallatie heeft tot taak de inbouwhoogte te bewaken en afwijkingen ten opzichte van de instelwaarde automatisch te corrigeren. De installatie bestaat naar keuze uit: - een of twee hoogteregelaars - een dwarshellingregelaar - twee verbindingskabels...
Veiligheidsvoorzieningen Veilig werken is alleen mogelijk wanneer de bedienings- en veiligheidsvoorzieningen foutloos werken en de beveiligingen volgens de voorschriften zijn aangebracht. De werking van deze voorzieningen moet regelmatig worden gecontroleerd (zie hoofdstuk D, paragraaf 2.1). Noodstopknop - op het bedieningspaneel Not_F4CS.wmf Door indrukken van de noodstopknop worden de motor, aandrijvingen en besturing uitgeschakeld.
Technische gegevens standaarduitvoering Afmetingen (alle maten in mm) Technische gegevens van de desbetreffende balk, zie de gebruiksaanwijzing van de balk.
Gewichten (alle waarden in t) Machine zonder balk ca. 4,4 Machine met balk ca. 5,0 - VB 125 TV Met volle bak ca. 5,0 extra max. Gewichten van de balken en de balkonderdelen, zie de gebruiksaanwijzing van de balken. Vermogengegevens VB 125 TV 1,20 0,30...
Typeplaatje machine (6) Fertiger2.tif Pos. Omschrijving Machinetype bouwjaar Serienummer van de machineserie Maximaal toegelaten bedrijfsgewicht incl. alle aanbouwdelen in kg Nominaal vermogen in kW Productidentificatienummer (PIN) Het ingestanste voertuigidentificatienummer op de machine moet overeenkomen met het productidentificatienummer (51). B 15...
EN-normen Continu geluidsniveau Bij deze machine is het dragen van gehoorbeschermingsmiddelen verplicht. Het ge- luidsniveau bij het oor van de bestuurder kan sterk variëren afhankelijk van het in- bouwmateriaal en kan hoger worden dan 85 dB(A). Zonder gehoorbescherming kan er gehoorbeschadiging optreden. De metingen van de geluidsemissie van de machine zijn uitgevoerd volgens ENV 500-6 van maart 1997 en ISO 4872 onder open-veldomstandigheden.
Op het hele lichaam inwerkende vibraties Bij gebruik volgens het bestemde doel worden de gewogen effectieve waarden van de versnelling op de bestuurdersplaats van a = 0,5 m/s zoals bedoeld in het ont- werp vanr prEN 1032-1995 niet overschreden. Op hand en arm inwerkende vibraties Bij gebruik volgens het bestemde doel worden de gewogen effectieve waarden van de versnelling op de bestuurdersplaats van a = 2,5 m/s...
C Transport Veiligheidsvoorschriften voor het transport Bij ondeskundige voorbereiding van de machine en de balk en bij ondeskundig trans- port bestaat er ongevalgevaar! De machine en de balk demonteren tot de basisbreedte. Alle uitstekende onderdelen (nivelleerautomaat, wormeindschakelaar, zijplaten etc.) demonteren. Bij transporten met speciale vergunning deze onderdelen borgen! Hopperwanden sluiten en hoppervergrendelingen bevestigen.
Transport op een dieplader De machine en de balk tot de basis- breedte demonteren, eventueel ook de zijplaten demonteren. Om beschadiging van de balk te voorkomen, mag de hel- ling van de oprit niet groter zijn dan 11° (19 %). Voorbereidingen - De machine rijklaar maken (zie hoofd- stuk D).
Op de dieplader rijden Ervoor zorgen dat er zich geen personen in de gevarenzone bevinden bij het laden. - Op de werksnelheid (schildpad) en met een laag motortoerental op de dieplader rij- den. - De balk omlaag zetten op de dieplader, er kanthouten onder leggen. - De machine uitschakelen.
Transport op de inbouwplaats De machine en de balk tot de basis- breedte demonteren, eventueel ook de zijplaten demonteren. Voorbereidingen - Bakhelften met hendel (1) sluiten. Bei- de baktransportborgingen (2) aan- brengen. - Balk omhoog zetten met hendel (3). Balktransportborgingen (4) aanbren- gen.
Rijden op de openbare weg - Eventueel knop “Haas” indrukken. - Rijsnelheidknop (2) op maximum zet- ten. - Snelheid bepalen met de rijhendel (3). - Bij noodsituaties de noodstopknop in- drukken! Tijdens het werk en het rijden moet de motor altijd op het maximum toerental lopen.
Verladen met een kraan Uitsluitend hijsgereedschap met voldoende draagvermogen gebruiken. (Gewichten en afmetingen zie hoofdstuk B). Er zijn 2 bevestigingspunten (1,2) beschikbaar om de machine met een kraan te ver- laden. - Het voertuig veilig stallen. - Transportborgingen vastzetten. - Machine en balk demonteren tot de basisbreedte.
Wegslepen Alle benodigde voorzorgsmaatregelen treffen die gelden voor het wegslepen van zware bouwmachines. De trekker moet de asfaltafwerkmachine ook op hellingen veilig kunnen trekken. Uitsluitend hiertoe goedgekeurde sleepstangen gebruiken. Indien nodig de machine en de balk demonteren tot de basisbreedte. Achter de linker zijklep bevindt zich een handpomp die bediend moet worden om de machine te kunnen wegslepen.
Veilig stallen Wanneer de machine wordt gestald op voor publiek toegankelijk terrein, moet de machine zodanig worden beveiligd dat onbevoegden of spelende kinderen geen schade kunnen aanrichten. - De contactsleutel en de hoofd-scha- kelaar (1) verwijderen en meenemen - niet „verstoppen“ op de machine. F0077/0078_A1.EPS - Bedieningspaneel afdekken met de kap (2) en afsluiten.
D Bediening Veiligheidsvoorschriften Door inwerkingstelling van motor, rijaandrijving, transporteur, worm, balk of hefvoor- zieningen kunnen personen gevaar lopen. Voor het starten nagaan of er niemand werkzaamheden uitvoert in of onder de ma- chine, of zich ophoudt in de gevarenzone van de machine! - De motor niet starten en geen bedieningselementen gebruiken indien deze zijn voorzien van een uitdrukkelijke waarschuwing dat ze niet gebruikt mogen worden! De bedieningselementen uitsluitend bedienen wanneer de motor loopt, tenzij an-...
Pagina 41
Pos. Korte beschrijving Hoofdbedieningspaneel - bedienings- en besturingselement Hoofdbedieningspaneel - bedienings- en controle-element Afstandsbesturing (O) - voor bediening vanaf een een andere plaats dan de bestu- urderspositie...
Pagina 42
10 11 Element1_F4_F5CS_2.eps/Kontrollleucht_F4F5_2.eps...
& Afstandsbesturing ( Met behulp van de afstandsbesturing kan men excentrisch rijden met de machine om de bestuurder een beter zicht te bieden. Instellen van de afstandsbesturing, zie hoofdstuk E 52 53 Element3_F4_F5CS_2.eps...
Pagina 47
Pos. Korte beschrijving Rijhendel Stuurknop Drukknop, vrijgave van de rijaandrijving Instellen werksnelheid Potentiometer, correctie rechtuitloop Veiligheidsschakelaar Bij gebruik van de afstandsbesturing moet de veiligheidsschakelaar (55) altijd worden bevestigd aan de kleding of de pols van de bestuurder! Als deze te ver van de machi- ne komt (bijv.
Hoekbediening Met twee hoekbedieningen – links en rechts op de balk – kunnen de functies van de desbetreffende machinezijde worden bestuurd. RemoteF5CS_2.tif Pos. Korte beschrijving Behuizing voor afstandsbesturing Nivelleercilinder, links, omhoog/omlaag Nivelleercilinder, rechts, omhoog/omlaag Worm links, Aan/Uit Worm rechts, Aan/Uit Balk links, in-/uitschuiven Balk rechts, in-/uitschuiven Noodstopknop...
Bedieningselementen op de machine Accu’s (70) Onder de bovenste onderhoudsklep be- vinden zich de accu’s van de 24 V-instal- latie. Zie hoofdstuk B „Technische gegevens“ voor de specificaties. Zie hoofdstuk F voor het onderhoud. Externe start uitsluitend volgens de in- structies (zie paragraaf “Machine star- ten, Externe start (starthulp)“.
Hoppervergrendelingen (73) Voordat de machine wordt getranspor- teerd of wordt gestald, moeten de hop- perwanden worden omhooggeklapt en moet de hoppervergrendeling worden aangebracht. - Borgclip (A) en bout (B) eruit trekken. - Transportborging (73) op de onderste stand draaien. - Borgclip (A) en bout (B) weer vastzet- ten in de onderste positie.
Pijlstaaf (75) De pijlstaaf (75) voor de rijrichting kunt u naar keuze links of rechts aan de voor- zijde van de machine aanbouwen. U kunt de pijlstaaf verschuiven en op de gewenste positie vastzetten met de vleugelschroeven (A). Peilstab_F4CS.tif/Peil_DF45CS_2.jpg D 13...
Inbouwdikte-indicatie (76) Aan de linker en rechter machinezijde bevinden bij de nivelleercilinder een schaal en een wijzer waarop de de in- bouwdikte kan worden afgelezen. Einbaust_F4CS.jpg Transporteureindschakelaar (ped- del) (77) De transporteurs worden met de ped- dels (A) en de eindschakelaars (B) „AAN“...
Wormeindschakelaar (78) De worm wordt via sensoren bestuurd. Sensoren monteren: Bevestig de sensoren op de zijplaat in de daartoe bestemde klem (1 sensor per worm). Monteer de sensoren (A) altijd zodanig dat ze niet beschadigd raken bij het in- en uitschuiven van de balk. Kabel (B) met de schroefverbinding aan- sluiten op de aansluitingen (C).
Bedrijf Bedrijf voorbereiden Benodigde apparaten en hulpmiddelen Om vertraging op de bouwplaats te voorkomen, dient men voor het werkbegin te con- troleren of de volgende apparaten en hulpmiddelen beschikbaar zijn: - diesel - motorolie, hydraulische olie, smeermiddelen - oplosmiddel (emulsie) en handsproeier - bij de optionele balk met gasverwarmingsinstallatie een volle propaangasfles - scheppen en bezems - schraper (plamuurmes) voor het reinigen van de worm en het aanvoergedeelte van...
Checklist voor de machinebestuurder Controleren! Hoe? Knoppen indrukken. Noodstopknop Dieselmotor en alle ingeschakelde aan- - op het bedieningspaneel drijvingen moeten onmiddellijk stoppen. Schakelaar uittrekken. Veiligheidsschakelaar van de afstands- & De rijaandrijving moet onmiddellijk stop- besturing ( Besturing De machine moet onmiddellijk en cor- - op het bedieningspaneel rect reageren op elke besturingsop- &...
Pagina 57
Controleren! Hoe? Bij de aanbouw voor grote werkbreed- ten moeten de loopplanken worden ver- Wormafdekkingen breed en moet de wormtunnel afgedekt zijn. Bij de aanbouw voor grote werkbreed- ten moeten de loopplanken breder zijn. Inklapbare loopplanken moeten Balkafdekkingen en loopplanken omlaaggeklapt zijn.
Machine starten Voor het starten van de machine Voordat de dieselmotor wordt gestart en de machine in gebruik kan worden geno- men, dient men het volgende te doen: - Dagelijks onderhoud van de machine (zie hoofdstuk F). Controleer aan de hand van de be- drijfsurenteller of er verdere onder-houd- swerkzaamheden uitgevoerd moe-ten worden (bijv.
Pagina 59
Als het controlelampje van de motoroliedruk (4) niet uitgaat na het starten, dient u de motor direct uit te zetten en het motoroliepeil te controleren. Houd de startknop niet langer dan 10 seconden ingedrukt. Wacht ca. 60 seconden voordat u opnieuw probeert de motor te starten. Startschakelaar weer op „0“...
Uitzetten Zet de motor nooit plotseling uit op het moment dat deze volledig wordt belast. Laat de motor eerst even in de vrijloop draaien. Geef geen gas meer kort voor- dat u de motor uitzet. Motor uitzetten Ga hierbij als volgt te werk: - Rijhendel (1) en stuurknop (2) op de „0“-stand.
Besturen van de machine Met de stuurknop (12) in combinatie met de rijhendel (11) kunt u alle nodige stuur- bewegingen uitvoeren. Draaien op de plaats De draairichting stelt u in met de tuimel- schakelaar (10). De potentiometer (9) voor de werk-snel- heid mag hierbij niet op „0“...
Rijden De richting wordt bepaald door de stand van de rijhendel (11). Naar voren duwen = naar voren rijden rijhendel over de nulstand, naar achteren duwen = naar achteren rijden. De rijsnelheid wordt bepaald door de mate waarin de rijhendel wordt bewo- gen.
Voorbereidingen voor het inbouwen Oplosmiddel Alle onderdelen die in aanraking komen met asfaltmengsel besproeien met op- losmiddel (bak, balk, worm, duwrol etc.). Geen dieselolie gebruiken, omdat die- selolie het bitumen oplost (verboden in Duitsland!) F0147_A1.TIF Balkverwarming De balkverwarming moet ca. 10-15 minuten (afhankelijk van de buitentemperatuur) voor het begin van de inbouwwerkzaamheden worden ingeschakeld.
De machine voorbereiden op het ge- bruik - Motor starten - Ontgrendel de balk. - Bedien de hendel “Balk omhoogzet- ten” (36) en zet de balk omhoog. - Schuif de balk uit tot de gewenste breedte. - Bedien de hendel “Balk omlaagzetten” (36) en laat de balk zakken op kanthouten die ongeveer even dik moeten zijn als de asfaltlaag die u wilt...
Mengselopname/mengseltransport Hopperbak vullen Vullen door een vrachtwagen - Vrachtwagen tot aan de duwrollen la- ten naderen, de chauffeur aanwijzin- gen geven. - Zorg ervoor dat er geen materiaal voor de asfaltafwerkmachine terecht komt. - Tijdens het schuiven erop letten dat de wielen van de vrachtwagen altijd vrij draaien.
Werking en bediening van de materi- 8 10 11 aalaanvoer Het materiaal wordt via de transporteur uit de hopperbak achterwaarts naar de wormen getransporteerd. - Transportband (6) handmatiguitau- tom. - Linker verdeelworm (8) handmatiguit- autom. - Rechter verdeelworm (8) handma- tiguitautom.
Beginnen met inbouwen Ga hierbij als volgt te werk: In de handbedieningsstand (ingesteld op de tuimelschakelaars (6) transporteur en verdeelwormen (8), (10)), wordt er materiaal voor de balk gebracht. Daarna de tuimelschakelaars voor de transporteur (6), verdeelwormen (8) (10), vibratie (5) en stamper (4) (O) op „AUTO“...
Controles tijdens het inbouwen Tijdens het inbouwen dienen de volgende zaken voortdurend te worden gecontro- leerd: Machinefuncties - Balkverwarming - Stamper en vibratie - Temperatuur motorolie en hydraulische olie - Bijtijds intrekken en uitschuiven van de balk voor hindernissen aan de buitenzijden - Gelijkmatig mengseltransport en verdeling resp.
Na afloop van het werk - Machine leegmaken en stoppen. - Balk omhoog zetten: hendel (36) op de onderste stand zetten. - Balk inschuiven tot de basisbreedte (34,35) en eventueel de nivelleer-cilin- ders (2,3) geheel uitschuiven. - Mechanische balktransportborging (A) aanbrengen. - Bij langzaam lopende stampers de binnengedrongen mengselresten er- uit laten vallen...
E Instellen en ombouwen Speciale veiligheidsvoorschriften Door onbedoelde inwerkingstelling van motor, rijaandrijving, transporteur, worm, balk of hefvoorzieningen kunnen personen gevaar lopen. De werkzaamheden altijd bij stilstaande motor uitvoeren, tenzij anders is aangege- ven! - De machine beveiligen tegen onbedoelde inwerkingstelling: Rijhendel op de middelste stand zetten en de rijsnelheidknop op nul draaien, con- tactsleutel en accuhoofdschakelaar verwijderen.
Verdeelworm Hoogte-instelling Höhenverst_DF45CS_2.wmf De hoogte van de verdeelworm (1) dient - vanaf zijn onderkant gemeten - min. 50 mm (2 inch) boven de materiaalinbouwhoogte te liggen, afhankelijk van het materiaal- mengsel. Voorbeeld: inbouwdikte 10 cm instelling 15 cm vanaf de grond Een onjuiste hoogte-instelling kan leiden tot de volgende inbouwproblemen: - Worm te hoog: Onnodig veel materiaal voor de balk;...
Wormverbreding en materiaalschacht met veiligheidsafdekking (speciale voor- ziening) Schneck_DF45CS_langwmf,Schneck2_F4CS.ti Voor de montage van wormverlengstukken wordt een extra wormsegment (1) ge- monteerd op de wormas. Montage: - Buitenste schroefverbinding (2) van de basisworm verwijderen. - Stoppen (3) verwijderen. - Wormverlengstuk (1) aanbrengen. - Schroefverbinding (2) monteren.
Nivelleerautomaat aansluiten De machine beschikt over twee regel- kringen voor de nivellering. Een voor de rechterzijde en een voor de linkerzijde. Let erop dat u altijd de juiste kabels aan- sluit! Regelen met de hellingregelaar Sluit de spiraalkabel van de automaat aan op het stopcontact.
Werken met de afstandsbesturing (O) Als de machine moet worden bestuurd met de afstandsbesturing, dient men de volgende punten in acht te nemen: - De afstandsbesturing in de gewenste positie draaien en beveiligen met bor- ging (A). - De stekker van de blinde koppeling (B) in de afstandsbesturing (C) ste- ken.
F Onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor het onderhoud Onderhoudswerkzaamheden: Onderhoudswerkzaamheden uitsluitend uitvoeren bij uitgeschakelde motor. Voor begin van de onderhoudswerkzaamheden de machine en de aanbouwdelen be- veiligen tegen onbedoeld inschakelen: - Rijhendel op de middelste stand zetten en de rijsnelheidknop op nul draaien. - Contactsleutel en accuhoofdschakelaar verwijderen.
Dagelijks (of om de 10 bedrijfsuren) Pos. Onderhoudspunt Bedrijfsstof Hoeveelheid Oliepeil dieselmotor Motorolie Zie vulhoe- veelheden Peil hydraulische olietank Hydraulische olie Zie vulhoe- veelheden Brandstoftank tankvulling Diesel Zie vulhoe- veelheden Pompverdelerdrijfwerk Transmissieolie Zie vulhoe- veelheden Algemene visuele controle Hydraulisch hogedrukfilter Tijdens de inlooptijd van de dieselmotor 2x per dag het oliepeil controleren! Bij werkzaamheden aan de hydraulische installatie na 20 bedrijfsuren alle filters con- troleren en eventueel vervangen!
Om de 500 bedrijfsuren Pos. Onderhoudspunt Bedrijfsstof Hoeveelheid Hydraulische tank - Ventilatiefilter Schroeven en moeren Smeerolie Oliefilterpatroon Accu’s Gedest. Water - vulpeil - poolklemmen en kabels...
Om de 1500 bedrijfsuren) Pos. Onderhoudspunt Bedrijfsstof Hoeveelheid Pompverdelerdrijfwerk Tuimelaar Tweejaarlijks (of om de 2000 bedrijfsuren) Pos. Onderhoudspunt Bedrijfsstof Hoeveelheid Brandstoftank en installatie Luchtfilter...
Controlepunten/onderhoudspunten Oliepeil dieselmotor (1) Voordat er met het werk wordt begon- nen altijd het oliepeil van de motor con- troleren met de peilstok (A). Oliecontrole bij horizontaal staande ma- chine Teveel olie in de motor beschadigt de pakkingen; te weinig olie leidt tot over- verhitting en beschadiging van de motor.
Olie verversen Neem de instructies voor hydraulische vloeistoffen op esterbasis in acht. Ga bij het verversen van olie als volgt te werk: - Schuif de zuigerstangen van de hy- draulische cilinder in. - Zet er een geschikte opvangbak on- der. - Draai de aftapschroef (5) los en laat de olie in bedrijfswarme toestand weg- lopen.
Brandstoftank (3) Altijd de brandstoftank vullen voordat men begint met het werk; zo voorkomt u ’drooglopen’, waardoor er een tijdroven- de ontluchting nodig is. Water en bezinksel uit de tank laten lopen. Hiertoe draait u de aftapschroef (A) eruit en laat u ca. 1 liter brandstof weglopen. De brandstof opvangen en volgens de voorschriften afvoeren.
Pompverdelerdrijfwerk (4) Oliepeil controleren - Het oliepeil moet tot het midden van het kijkglas (A) in de drijfwerkbehui- zing reiken. - Indien nodig de afsluitschroef (B) de- monteren en olie bijvullen. - Afsluitschroef (B) weer goed vast- draaien. Olie verversen Aftapslang (C) in de opvangbak hangen.
Algemene visuele controle (5) Bij de dagelijkse routine dient men rond de machine te lopen en de volgende contro- les uit te voeren: - Onderdelen of bedieningselementen beschadigd? - Lekkages in motor, hydraulisch systeem, drijfwerken enz.? - Alle bevestigingspunten (transporteur, worm, balk enz.) in orde? Geconstateerde fouten direct verhelpen om schade, ongevalgevaar of milieuvervui- ling te voorkomen! F 14...
Hydraulisch hogedrukfilter (6) Alle filters moeten 20 bedrijfsuren na een reparatie van de hydraulische instal- latie worden gecontroleerd en eventueel vervangen! Filterelementen vervangen zodra de on- derhoudsindicatie rood is. Nadat de filterhouder is losgeschroefd, het afgescheiden vuil in een bak voor oude olie doen.
Transporteurketting (9) Wanneer de transporteurketting correct is gespannen, hangt deze ca. 5-10 mm door. Indien nodig de ketting bijspannen. Hiertoe de contramoeren (A) losdraaien en de vereiste kettingspanning instellen met de schroefspillen (B). De contramoeren (A) weer vastdraaien. Latt1,2,3_F4CS.tif Aandrijfkettingen van de transport- wormen (10) Om veiligheidsredenen mag u deze werkzaamheden alleen uitvoeren bij uit-...
Loopwerkkettingen (11) Spanning controleren De machine vooruit rijden om de loop- werkketting te ontlasten. De doorhang van de loopwerkketting dient bij „A“ ca. 10 mm te bedragen Loopwerkketting spannen De machine boven een onderhoudsput zetten, contramoer (B) losdraaien en met spil (C) de vereiste kettingspanning instellen;...
Olie verversen (15) Motorolie-aftapslang (A) in de opvang- bak leggen. Sluitschroef (B) losdraaien, olie in be- drijfswarme toestand laten weglopen. Smeeroliefilterpatroon vervangen (zie handleiding motor) Sluitschroef (B) weer vastdraaien. Motorolie in de voorgeschreven kwali- teit, viscositeit en hoeveelheid bijvullen. Ablass_F5CS.jpg Motor starten en in de vrijloop laten lo- pen.
Accu’s (17) De accu’s zijn in de fabriek gevuld met de juiste hoeveelheid accuzuur. Het vloeistofpeil moet tot aan de boven- ste markering reiken. Eventueel gedestilleerd water bijvullen! De poolklemmen moeten oxidevrij zijn en met speciaal accuvet worden be- schermd. Batt_F5CS_2.jpg F 19...
Pagina 96
Hydraulisch systeem (18) Centrale filter Het centrale filter in de tank vervangen; ongeacht de gebruiksduur moet dit ook gebeuren wanneer de manometer (A) aangeeft dat onderhoud noodzakelijk is. Ga als volgt te werk: Deksel (B) losdraaien en verwijderen. Filter (C) verwijderen en vervangen door een nieuwe.
Brandstoffilter (19) zie de gebruiksaanwijzing van de motor Öl3_F4CS.jpg Luchtfilter (20) zie de gebruiksaanwijzing van de motor Lufi_F4CS.jpg Brandstofvoorfilter (21) zie de gebruiksaanwijzing van de motor Fuel1_F5CS_2.jpg F 21...
Klepspeling (22) zie de gebruiksaanwijzing van de motor Valve.tif V-riemen (23) zie de gebruiksaanwijzing van de motor Belt.tif Motorlager (24) zie de gebruiksaanwijzing van de motor Slangen en slangverbindingen (25) Alle slangen van de aandrijfmotor en alle hydraulische slangen systematisch con- troleren op beschadiging en correcte be- vestiging.
Hydraulische cilinder (26) Bij de lagerpunten van de hydraulische cilinder bevindt zich (bovenaan en on- deraan) een smeernippel. Vet toevoegen met een smeerpistool (3 slagen). Schmzyl.tif F 23...
Schroeven en moeren (27) Schroefverbindingen, vooral van aangedreven wielen, en bevestigingspunten en hy- draulica controleren, evtl. aanhalen. Aanhaalmomenten Maximale aanhaalmomenten voor schachtschroeven met metrische ISO-schroef- draad 10.9 12.9 Aanhaaldraai- Aanhaaldraai- Aanhaaldraai- Voorspankracht Voorspankracht Voorspankracht moment moment moment (Nm) (Nm) (Nm) 2250 3150 3800...
Tuimelaar (28) Olie verversen Machine boven een onderhoudsput zet- ten. Tuimelaar zodanig draaien dat de olieaf- tapschroef (1) zich onderaan bevindt. Aftapschroef en ventilatieschroef (B) uit- draaien en de olie aftappen. Tuimelaar reinigen met spoelolie. Afdichtingen van de aftapschroef en de ventilatieschroef controleren, eventueel vervangen.
& Onderhoud - optionele uitrusting ( Elektrische installatie - generator (12) Gevaar door elektrische spanning Bij de elektrische installatie bestaat er gevaar van elektrische schokken indien de veiligheidsmaatregelen en veilig- heidsvoorschriften niet in acht worden genomen. Levensgevaar! Onderhouds- en reparatiewerkzaamhe- HV.bmp / 956.05.20.03.tif den aan de elektrische installatie van de balk mogen uitsluitend worden uitgevoerd door een elektromonteur!
Pagina 103
Interval Pos. Onderhoudspunt Opmerking Isolatiebewaking elektro-instal- zie ook balk-ge- latie werking controleren bruiksaanwijzing Visuele controle op vervuiling en beschadiging Ventilatieluchtopeningen contro- leren op vervuiling en verstop- ping, eventueel reinigen Kogellager „beluisteren“ en eventueel vervangen Kogellager vervangen & Aandrijfriem ( ) controleren op beschadiging, eventueel ver- vangen zie „riemspan-...
Riemspanning controleren De spanning van elke riem moet worden gecontroleerd met een voorspannings- meetapparaat. Voorgeschreven spanning: - bij de oorspronkelijke montage: 400N - na de inlooptijd / Onderhoudsinterval: 350N Riemensp.tif Aanwijzingen voor het controleren van de spanning vindt u in de handleiding van uw voorspanningsmeetapparaat! U kunt een voorspanningsmeetapparaat bestellen onder artikelnummer 532.000.45! Riemspanning instellen - De vier bevestigingsschroeven (A)
Smeermiddelen en bedrijfsstoffen Gebruik uitsluitend de vermelde smeermiddelen of een bekend merk van dezelfde kwaliteit. Gebruik voor het bijvullen van olie of brandstof uitsluitend reservoirs die van binnen en van buiten schoon zijn. Vulhoeveelheden in acht nemen (zie paragraaf „Vulhoeveelheden”). Een verkeerd olie- of smeermiddelpeil bevordert de slijtage en machineuitval.
Hydraulische olie Geprefereerde hydraulische olie: a) Synthetische hydraulische vloeistof op basis van esters, HEES fabrikant ISO viscositeitsklasse VG 46 Shell Naturelle HF-E46 Panolin HLP SYNTH 46 Esso HE 46 Total Fina Elf Total Biohydran SE 46 b) Minerale olie-persvloeistoffen fabrikant ISO viscositeitsklasse VG 46 Shell Tellus Oil 46...