2.6
Werking van de afwerkbalk
2.6.4
Instelling van de laagdikte
Door de laagdikte in te stellen kan de variabele laagdikte in een
bereik van 5 - 100 mm (0,2 - 3,9 in) ingesteld worden.
Het maximaal mogelijke verschil in de laagdikte (H) aan de linker-
of rechterkant van de machine kan 40 mm (1,6 in) bedragen.
De instelling van de laagdikte wordt uitgevoerd door de afwerk-
balk instelhoek in te stellen.
De afwerkbalk instelhoek is de hoek tussen de afwerkbalkbasis
en het oppervlak van de ondergrond in de lengterichting van
het rijden van de machine.
Een grotere instelhoek veroorzaakt grotere opwaartse kracht
met als gevolg een grotere laagdikte.
Om een laag met linker of rechter dwarshelling (A) te maken,
stel aan beide zijden van de machine verschillende laagdiktes
in, met behulp van de laagdikte bedieningsstangen (47).
Procedé voor de instelling van de laagdikte:
•
Om de laagdikte aan de linker- of rechterkant te vergroten,
draai met de bedieningsstang voor de laagdikte (47) in de
richting met de klok mee.
•
Om de laagdikte aan de linker- of rechterkant te verminde-
ren, draai met de bedieningsstang voor de laagdikte (47) in
de richting tegen de klok in.
•
Controleer tijdens het leggen van het materiaal de instelling
van de laagdikte aan de linker- en rechterkant door de laag-
dikte-indicatoren (1) op de laagdikte schaal (2) te controleren.
Notitie
De laagdikte schaal (2) dient slechts voor informatieve metin-
gen en de daadwerkelijke laagdikte moet achter de machine
gemeten worden.
Elke wijziging van de laagdikte manifesteert zich met een ver-
traging (na het rijden van een afstand die gelijk is aan 2-6 leng-
tes van de afwerkbalk trekarmen).
Procedé voor de instelling van de afwerkbalk trekarmen:
•
De hoeveelheid materiaal die afgeleverd wordt in de
schroeftransporteursruimte kan beïnvloed worden door de
instelling van de trekarmen van de afwerkbalk afhankelijk
van de korrelgrootte van het te leggen materiaal.
Korrelgrootte 0 - 25 mm:
•
De trekarmen van de afwerkbalk moeten in het punt (3) be-
veiligd worden.
Korrelgrootte 25 - 35 mm
•
De trekarmen van de afwerkbalk moeten in het punt (4) be-
veiligd worden.
Bij het instellen van de gewenste laagdikte zijn er
geen personen in de gevaarlijke zone rond de machine
toegestaan.
Er bestaat gevaar voor letsel door het bewegen van de
afwerkbalk.
Bij het instellen van de afwerkbalk trekarmen bestaat
letselgevaar door de beweging van de trekarmen.
Er
bestaat
risico
op
afwerkbalkdelen.
Gebruik voorgeschreven persoonlijke beschermings-
middelen als u de instelling van de afwerkbalk trekar-
men uitvoert.
100
brandwonden
door
hete
H
α
47
De laagdikte schaal (2) dient slechts voor informatieve
metingen en de daadwerkelijke laagdikte moet achter
de machine gemeten worden.
A
α
H
451094A
47
451092
2
1
4
3
451704
F80W