KINDERVEILIGHEID: bevestiging met autogordel
In de tabel hieronder staat dezelfde informatie als op het overzicht op de vorige bladzijden, overeenkomstig de wettelijke voorschriften.
Type kinderzitjes
Dwars geplaatste gondel
Goedgekeurd voor groep 0
Kuipzitje achterstevoren ge-
plaatst
Goedgekeurd voor groep 0 of 0+
Kinderzitje achterstevoren ge-
plaatst
Goedgekeurd voor groep 0+ of 1
Kinderzitje vooruit geplaatst
Goedgekeurd voor groep 1
Zittingverhoger
Goedgekeurd voor groep 2 of 3
(1) LEVENSGEVAAR of gevaar van ernstig letsel: Installeer nooit een kinderzitje op de voorstoel als de auto beschikt over een
passagiersairbag die niet kan worden uitgeschakeld.
(2) LEVENSGEVAAR OF GEVAAR VAN ERNSTIG LETSEL: controleer voordat u een kinderzitje achterstevoren op de plaats van
de passagier voorin installeert, of de airbag wel is uitgeschakeld (zie "Kinderveiligheid: uit-/inschakelen van de passagiers airbag
voorin" in hoofdstuk 1).
1.40
Breakuitvoering
Zitplaats voorpassagier
met airbag
Gewicht van
zonder
het kind
uitschakeling
(1)
< 10 kg
X
< tot 13 kg
X
< tot 13 kg en
X
9 tot 18 kg
9 kg tot 18 kg
X
15 tot 25 kg en
X
22 tot 36 kg
(3/6)
Zitplaatsen aan
de zijkanten
zonder airbag
of met airbag
Alleen in de
uitgeschakeld
uitvoering
(2) (3)
met vijf
zitplaatsen
X
U (4)
U
U (5)
U
U (5)
X
U (6)
X
U (6)
Plaatsen achter
Middelste
zitplaats
achterin, alleen
Uitvoering
bij uitvoering
vier
met vijf
zitplaatsen
zitplaatsen
X
X
X
U (5)
X
U (5)
X
U (6)
X
U (6)