AIRCONDITIONING: informatie en bedieningsinstructies (1/2)
Tips voor het gebruik
In sommige gevallen, (airconditioning uit,
luchtkringloop in werking, ventilatiesnelheid
nul of laag, enz.) kunnen de ruiten van de
auto beslaan.
Als de ruiten beslagen zijn, gebruikt u de
functie "helder zicht" om het doorzicht te
verbeteren; gebruik bij voorkeur de aircondi-
tioning in de automatische werkstand om het
beslaan te voorkomen.
Auto's uitgerust met de ECO-modus
Als de ECO-modus actief is, kan de wer-
king van de airconditioning verminderen.
Raadpleeg de paragraaf "Tips voor het
rijden, zuinig rijden" in hoofdstuk 2.
Stop niets in het ventilatiecir-
cuit van de auto (bijvoorbeeld
in geval van stank enz.).
Risico van explosie of brand.
Verbruik
Het is normaal dat het brandstofverbruik
hoger is (vooral in stadsverkeer) als u de air-
conditioning gebruikt.
Voor auto's met een airconditioning zonder
automatische werkstand, zet het systeem
uit, als u het niet meer nodig hebt.
Tips voor zuinig rijden en minder
luchtverontreiniging
Rijd met open ventilatierooster en gesloten
ruiten. Open bij zeer warm weer of als de
auto in de zon heeft gestaan enkele minuten
de portieren voordat u start, zodat de hete
lucht uit de auto kan ontsnappen.
Onderhoud
Raadpleeg voor de controle-intervallen het
onderhoudsdocument van uw auto.
Gebruik de airconditioning regelma-
tig, ook bij koud weer; laat de airco ten
minste eenmaal per maand gedurende
ongeveer 5 minuten draaien.
Storingen
Raadpleeg bij een storing altijd een merk-
dealer.
– Minder goede werking van ontdooien,
ontwasemen of airconditioning.
Dit kan het gevolg zijn van een vervuild
patroon van het interieurfilter.
– Geen gekoelde lucht.
Controleer of alle bedieningsorganen in
de juiste stand staan en de zekeringen
goed zijn. Als dit niet zo is moet u het sys-
teem stoppen.
Water onder de auto
Maak u zich niet ongerust als er condens-
water onder de auto druppelt, dit is normaal
na langdurig gebruik van de airconditioning.
Maak nooit de slangen van
de airconditioning los. Dit is
gevaarlijk voor de ogen en de
huid.
3.7