Bedrijf
Draaien op de plaats
Beide rijhendels in tegengestelde richting uitslaan. De rups-
banden draaien in tegengestelde richting. De draaias is het
midden van het voertuig.
(A) Naar rechts draaien op de plaats.
Rijden op hellingen
Het rijden op hellingen moet met uiterste voorzichtig-
STOP
heid plaatsvinden.
Bij het rijden op stijgingen de bak ca. 200 tot 400 mm (A) van
de grond heffen (zie afbeelding).
Bij het rijden op dalingen, indien de ondergrond het toelaat, de
bak over de grond laten glijden.
W9215-8144-1
06/2021
91