Waarschuwing
(Vervolg)
Geen enkel systeem werkt foutloos,
ook al is/zijn de frontairbag(s) van
de buitenste voorpassagier door het
passagiersdetectiesysteem uitge-
schakeld. Niemand kan garanderen
dat een airbag onder bijzondere
omstandigheden toch wordt geacti-
veerd, zelfs niet wanneer deze is
uitgeschakeld.
Plaats nooit een achterwaarts
gericht kinderzitje op de voorstoel,
zelfs niet als de airbag is uitgescha-
keld. Als u een voorwaarts gericht
kinderzitje op de buitenste voorpas-
sagiersstoel vastzet, moet u de stoel
zo ver mogelijk naar achteren
plaatsen. Het is beter om het
kinderzitje op de achterbank vast te
zetten. Overweeg om een andere
auto te gebruiken om het kind te
vervoeren als er geen achterbank
aanwezig is.
Het passagiersdetectiesysteem is
ontworpen om de frontairbag en de
knieairbag voor de buitenste zitplaats
voorin in de volgende gevallen uit te
schakelen:
De buitenste zitplaats voorin
is leeg.
Het systeem herkent dat er een
kind in een kinderzitje
aanwezig is.
Een passagier op de buitenste
zitplaats voorin haalt zijn of haar
gewicht tijdelijk van de zitting.
Er een kritieke storing in het
airbagsysteem of passagiersdetec-
tiesysteem zit.
Wanneer het passagiersdetectiesys-
teem de frontairbag en de knieairbag
van de buitenste zitplaats voorin heeft
uitgeschakeld, blijft het UIT-lampje
branden om u aan de uitschakeling te
herinneren. Zie Waarschuwingslampje
status airbag passagierszijde 0 123.
Het passagiersdetectiesysteem moet
de frontairbag en de knieairbag voor
de buitenste zitplaats voorin inscha-
kelen, zodra het systeem detecteert
STOELEN EN VEILIGHEIDSSYSTEMEN
dat een persoon met een volwassen
lichaamsgrootte goed op de buitenste
zitplaats voorin gaat zitten.
Wanneer het passagiersdetectiesys-
teem toelaat dat de airbags worden
ingeschakeld, blijft de AAN-indicatie
branden om u aan de actieve airbags
te herinneren.
Bij sommige kinderen, onder wie
kinderen in kinderzitjes, en erg kleine
volwassenen worden de frontairbag en
de knieairbag voor de buitenste
zitplaats voorin soms wel en soms niet
uitgeschakeld door het passagiersde-
tectiesysteem. Dit is afhankelijk van
de zithouding en lichaamsbouw van
de persoon in kwestie. Iedereen in de
auto die een kinderzitje is ontgroeid,
moet zijn veiligheidsgordel goed
dragen
ongeacht of deze inzittende
een airbag heeft.
Waarschuwing
Wanneer de airbagcontrolelamp
oplicht en blijft branden, zit er iets
verkeerd in het airbagsysteem. Laat
de auto meteen repareren om letsel
79