248
RIJDEN EN BEDIENEN
Waarschuwing
(Vervolg)
Stap niet in uw auto wanneer
u brandstof tankt.
Houd kinderen uit de buurt
van de tankzuil en laat
kinderen nooit tanken.
Wanneer u de tankdop te snel
opent, kan er brandstof uit
spuiten. Dit sproeien kan
gebeuren wanneer de tank
bijna vol is en gebeurt vaker
bij warm weer. Open de
tankdop langzaam en wacht
tot u geen gesis meer hoort
alvorens de dop helemaal los
te draaien.
Druk midden op de achterrand van de
klep om de tankklep te openen.
Waarschuwing
Overmatig vullen van de brandstof
(meer dan drie klikken van een
standaardvulpistool) kan aanleiding
geven tot:
Problemen met de rijeigen-
schappen van de auto,
waaronder motorafslag en
schade aan het brandstof-
systeem.
Morsen van brandstof.
Waarschuwing
(Vervolg)
Ontbranding van gemorste
brandstof.
Zorg ervoor dat u geen brandstof
morst. Wacht na het bijtanken enkele
seconden voordat u het vulpistool
wegneemt. Verwijder brandstof op
gelakte oppervlakken zo snel mogelijk.
Zie Onderhoud buitenzijde 0 325.
Waarschuwing
Verwijder het tankpistool niet als er
brand uitbreekt terwijl u tankt. Sluit
de brandstofstroom af door de
pomp te sluiten of waarschuw de
pompbediende. Ga onmiddel-
lijk weg.