176
BEDIENINGSORGANEN VOOR KLIMAATREGELING
Bedieningsorganen
voor klimaatregeling
Klimaatregelsystemen
Dubbel automatische klimaatre-
gelsysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 176
Luchtroosters
Ventilatieopeningen . . . . . . . . . . . . . . 181
Onderhoud
Luchtfilter passagiersruimte . . . . . 182
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 182
Klimaatregelsystemen
Dubbel automatische klimaatregelsysteem
De knoppen en het aanraakscherm voor de klimaatregeling zijn te gebruiken om
de verwarming, koeling en ventilatie te regelen.
1. Temperatuurregeling aan
bestuurders- en passagierszijde
2. Ventilatorregeling
3. UIT (aanjager)
4. Stoelverwarming en -ventilatie
bestuurders- en passagierszijde
(indien aanwezig)
5. Recirculatie
Knoppen klimaatregeling
6. Achterruitverwarming
7. Ontwaseming
8. AUTO (automatische regeling)