5.3 Omgang met accu's
Het apparaat is uitgerust met een interne accu die de stroomvoorziening van het
therapieapparaat in noodgevallen overneemt.
Bovendien kan het therapieapparaat met een als accessoire verkrijgbare wisselaccu worden
uitgerust.
5.3.1 Accu's laden
De accu's worden automatisch geladen zodra het therapieapparaat met het stroomnet
wordt verbonden. Het therapieapparaat laadt altijd eerst de interne accu op en daarna
(indien aanwezig) de wisselaccu.
Let op:
• Laat accu's vóór de eerste inbedrijfstelling gedurende minstens 12 uur aan het
lichtnet werken.
• De accu's hebben geen memory-effect. Daardoor kunt u de accu's ook laden
wanneer de accu nog niet leeg is.
• Bij normaal gebruik hebben de accu's een levensduur van minstens 600 laad-/
ontlaadcycli. De accu's moeten volgens vermelde termijnen in hoofdstuk 9. op
pagina 99 worden vervangen. Wanneer de levensduur van de accu's eerder
wordt bereikt, verschijnt de melding Levensduur bereikt. Interne accu laten
vervangen./Wisselaccu vervangen. imin het display.
• Let op de aanwijzingen voor het onderhoud van de accu's (zie „9.2.1
Onderhoud van de accu's" op pagina 100).
1. Apparaat op de spanningsvoorziening aansluiten.
Het laadproces start automatisch.
2. Wanneer de weergave niet meer knippert en/of het display 100 % capaciteit weergeeft
is de desbetreffende accu geladen.
Wanneer u een wisselaccu heeft, kunt u het apparaat nu voor de mobiele toepassing
van het stroomnet loskoppelen.
Bediening
NL
55