Grillen
Gevaar voor letsel door heet op-
pervlak.
Als u de deur niet sluit, wordt de uit-
stromende hete lucht niet meer auto-
matisch langs de koelventilator ge-
leid en dus niet afgekoeld. De bedie-
ningselementen worden heet.
Sluit de deur bij het grillen.
Tips voor het grillen
- Voorverwarmen is bij grillen vereist.
Verwarm het bovenwarmte-/grillele-
ment ca. 5 minuten voor. Houd de
ovendeur gesloten.
- Spoel het vlees snel onder koud, stro-
mend water af. Dep het goed droog.
Zout het vlees niet vóór het grillen,
omdat het anders te veel vocht ver-
liest.
- Mager vlees kunt u met olie be-
strijken. Gebruik geen andere
vetsoorten. Deze worden snel te don-
ker of leiden tot rookontwikkeling.
- Maak platte vissen en stukken vis zo-
als gewoonlijk schoon en bestrooi
deze met zout. U kunt de vis ook met
citroensap besprenkelen.
52
- Gebruik de universele bakplaat met
daarop het draagrooster of de grill-
en braadplaat (indien aanwezig). De
grill- en braadplaat voorkomt dat het
vocht dat uit het vlees loopt, ver-
brandt, zodat het nog kan worden ge-
bruikt. Voor het grillen bestrijkt u de
grill- en braadplaat met olie en legt u
het gerecht erop.
Gebruik niet de gewone bakplaat.
Opmerkingen bij de berei-
dingstabellen
De bereidingstabellen vindt u aan het
einde van dit document.
Neem de aangegeven temperaturen,
niveaus en tijden in acht. Daarbij is
rekening gehouden met verschillende
vleessoorten en gewoonten.
Controleer het gerecht na afloop van
de kortste tijd.
Temperatuur kiezen
Houd in principe de laagste tempera-
tuur aan. Bij hogere temperaturen
wordt het vlees (gerecht) weliswaar
bruin, maar niet altijd gaar.
Niveau kiezen
Houd bij het niveau rekening met de
dikte van het gerecht.
Plaats platte gerechten op ni-
veau 3 of 4.
Plaats gerechten met een grotere dia-
meter op niveau 1 of 2.