WAARSCHUWING!
Probeer geen wiel te verwisselen aan de
zijde van de auto waar ander verkeer
langs rijdt. Ga ver genoeg van de weg af staan om
ongelukken te voorkomen bij gebruik van de krik
of het verwisselen van een wiel.
2. Schakel de waarschuwingsknipperlichten in.
3. Trek de handrem aan.
4. Zet de schakelhendel in de stand PARK (automati-
sche versnellingsbak) of in de stand GEAR (handge-
schakelde versnellingsbak).
5. Zet de contactschakelaar in de stand OFF.
Blokkeer de voor- en achterkant van
het wiel schuin tegenover het ge-
bruikte krikpunt. Wanneer u bijvoor-
beeld het rechtervoorwiel vervangt,
blokkeert u het linkerachterwiel.
OPMERKING: Laat geen passagiers in de auto zit-
ten wanneer deze wordt opgekrikt.
Reservewiel verwijderen
OPMERKING: Klap bij modellen met zeven zit-
plaatsen de stoelen van de derde zitrij neer. Dan is er
meer ruimte om bij de krik en het andere gereedschap
te komen en het liermechanisme te bedienen.
1. Neem de krikonderdelen 1, 2 en 3 uit de bergplaats
en zet ze in elkaar. (afb. 151)
(afb. 151)
Het reservewiel ophijsen of laten zakken
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
WAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
SERVICE EN
ONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
273