BOORDDIAGNOSESYSTEEM —
OBD II
UW AUTO
Uw auto is uitgerust met een geavanceerd diagnosesys-
teem genaamd OBD II (On-Board Diagnostic). Dit
systeem bewaakt de regelsystemen voor uitlaatgase-
VEILIGHEID
missie, de motor en de automatische versnellingsbak.
Als deze systemen correct werken, zal uw auto uitste-
kende prestaties leveren, brandstof besparen en lage
STARTEN EN
emissiewaarden hebben die aan de strengste eisen
RIJDEN
voldoen.
Wanneer een bepaald systeem onderhoud of reparatie
WAARSCHU-
nodig heeft, schakelt het OBD II diagnosesysteem het
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
storingslampje (MIL) in. Bovendien zal het diagnoseco-
des en andere hulpinformatie voor de monteur opslaan
in een geheugen. Hoewel u dan meestal nog met de
NOODGEVALLEN
auto kunt rijden en niet gesleept hoeft te worden, dient
u toch zo spoedig mogelijk uw erkende dealer te
bezoeken voor service.
SERVICE EN
ONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
138
• Als u lange tijd blijft rijden met een
brandend storingslampje, kan het emis-
sieregelsysteem verder beschadigd ra-
ken. Bovendien zal de motor meer verbruiken en
niet optimaal bestuurbaar zijn. De auto vereist
onderhoud om emissietests te kunnen uitvoeren.
• Als het lampje knippert wanneer de motor
draait, zal de katalysator vrij snel ernstig defect
raken en zal het motorvermogen afnemen. Raad-
pleeg dan onmiddellijk uw dealer.
BERICHT BRANDSTOFVULDOP LOS (voor
bepaalde uitvoeringen/landen)
Wanneer het diagnosesysteem detecteert dat de
brandstofvuldop los zit, onjuist is aangebracht of is
beschadigd wordt het bericht "CHECK GAS CAP"
(controleer brandstofvuldop) op het elektronisch
voertuiginformatiecentrum (EVIC) weergegeven. Is dit
het geval, draai dan de vuldop stevig aan en druk de op
de dagtellerknop om het bericht te verwijderen. Als
het probleem zich opnieuw voordoet, verschijnt de
melding de volgende keer dat de auto wordt gestart
opnieuw.
Een losse, niet goed aangebrachte of beschadigde vul-
dop kan ook het storingslampje aanzetten.