GRIP
Bij rijden op natte of met sneeuwresten bedekte wegen
UW AUTO
kan een dunne laag water ontstaan tussen de band en
het wegdek. Dit verschijnsel wordt aquaplaning ge-
noemd en kan ertoe leiden dat de auto gedeeltelijk of
VEILIGHEID
volledig onbestuurbaar wordt en u niet meer kunt
remmen. Volg de onderstaande aanwijzingen op om het
risico van aquaplaning te verkleinen:
STARTEN EN
1. Pas uw snelheid aan bij hevige regenval of wanneer
RIJDEN
het wegdek is bedekt met sneeuwresten.
2. Pas uw snelheid aan op wegen met diepe plassen.
WAARSCHU-
WINGSLAMPJES
3. Vervang de banden zodra de bandenslijtage-
EN MELDINGEN
indicatoren zichtbaar worden.
4. Zorg voor een juiste bandenspanning.
NOODGEVALLEN
5. Houd onder alle omstandigheden voldoende af-
stand tot het voertuig vóór u, om aanrijdingen bij
een noodstop te voorkomen.
SERVICE EN
ONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
246
DOOR WATER RIJDEN
Ga bij het rijden door water met een diepte van meer
dan enkele centimeters voorzichtig te werk om schade
aan de auto en lichamelijk letsel te voorkomen.
STROMEND/OPKOMEND WATER
WAARSCHUWING!
Rij niet op een weg of een weg of pad
oversteken waar water stroomt en/of
opkomt (zoals na een storm). Stromend water
kan het wegdek of de bovenlaag van het pad
wegspoelen en de auto in dieper water doen
zinken. Bovendien kan de auto snel worden mee-
gevoerd met het stromende en/of opkomende
water. Als geen gehoor wordt gegeven aan deze
waarschuwing, kan dit ernstig of dodelijk letsel
tot gevolg hebben voor u, uw passagiers en ande-
ren in uw omgeving.
Ondiep stilstaand water
Hoewel uw auto in staat is om door ondiep stilstaand
water te rijden, moet u voordat u dit doet de volgende
waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen in acht ne-
men.