Communicatie met het ICS (Infinity CentralStation)
Elke M540 die op het netwerk is aangesloten, kan
met een ICS worden verbonden.
WAARSCHUWING
Wanneer de M540 is aangesloten op het
Infinity-netwerk, dient u zich ervan te verzeke-
ren dat het ICS beschikt over softwareversie
VF8.10 of hoger. Bij oudere softwareversies
van het ICS kunnen gaten in de Full Disclo-
sure applicatie van de ICS worden weergege-
ven na het koppelen of ontkoppelen van een
draadloze M540.
Een M540 wordt op het ICS weergegeven met een
viewport en een BedView. Afhankelijk van de in-
deling van het ICS, kan een viewport uit ver-
schillende curven en parameters bestaan. On-
geacht de geselecteerde indeling van het ICS,
wordt de bovenste curve van de M540 en het bijbe-
horende parametervak altijd weergegeven in de
viewport. De parametergegevens en curven
worden weergegeven in de toegewezen
ICS-viewport binnen 40 seconden nadat de M540
is losgekoppeld van de M500. Het draadloze
symbool
verschijnt naast het bedlabel in de
ICS-viewport. Het draadloze symbool verdwijnt
zodra de M540 wordt gekoppeld aan de M500.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing Infinity Central-
Station voor informatie over hoe u een patiënt toe-
wijst aan een ICS.
ICS BedView-curve/parametertoewijzing
Het ICS heeft ook een BedView-venster waarin de
inhoud van de M540 gedetailleerder wordt weerge-
geven. Een BedView bevat maximaal zeven curven
en bijbehorende parametervakken. Onderaan kun-
nen maximaal vier extra parametervakken worden
weergegeven. Het BedView-scherm bevat curven
en parametervakken van de vijf beschikbare
M540-weergaven. Deze weergaven bepalen hoe-
veel curven en parametervakken worden weerge-
geven op de M540.
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2
Het ICS gebruikt de volgende regels voor het vullen
van het BedView-venster met curven en parame-
tervakken van de M540:
– De bovenste curve van Weergave 1 van de
M540 wordt kanaal 1 op de ICS BedView.
– Geen enkele curve en geen enkel parameter-
vak wordt meerdere keren herhaald. Daarom
wordt de volgende unieke curve kanaal 2 op de
ICS BedView. Deze curve kan afkomstig zijn
van dezelfde weergave of, als geen unieke cur-
ve beschikbaar is, van de volgende weergave.
Als bijvoorbeeld de ECGII-curve het bovenste
kanaal bezet in Weergave 1 en de ECGII-curve
wordt herhaald in Weergave 2, wordt de
ECGII-curve van Weergave 2 overgeslagen
omdat deze hetzelfde label heeft als de boven-
ste curve in Weergave 1 en dus niet uniek is.
– De resterende beschikbare slots op de Bed-
View worden op dezelfde manier gevuld door
andere unieke curven op de M540.
– Nadat de curven zijn toegewezen aan de Bed-
View, worden de bijbehorende parametervak-
ken toegewezen naast hun respectievelijke
curven.
– Tot slot worden de vier beschikbare parameter-
slots onder aan de BedView gevuld met unieke
parametervakken (geen curven), te beginnen
met het meest rechter parametervak dat onder
aan de M540 wordt weergegeven.
Draadloze M540 en het ICS
De patiëntgegevens van een draadloze M540 wor-
den nog steeds weergegeven op het ICS, zelfs als
het apparaat is ontkoppeld. Als u een andere M540
koppelt aan een M500, worden de gegevens van
de oorspronkelijke, draadloze M540 nog steeds
weergegeven in dezelfde ICS-viewport. Bovendien
bewaakt de alarmbewakingsfunctie van het ICS de
nieuwe patiënt. De gegevens van de nieuwe M540
worden beschikbaar gesteld voor het Infinity-net-
werk en de patiënt kan handmatig worden toege-
wezen aan een lege viewport in een ICS.
Bedieningsconcept
39