Invasieve bloeddruk (IBP)
Standaarddruklabels
De M540 detecteert labels van de hemodynami-
sche pod automatisch, op voorwaarde dat er een
transducer is aangesloten. U kunt de druklabels
ook handmatig labelen.
In de volgende tabel worden de beschikbare inva-
sieve bloeddruklabels nader toegelicht.
Label
Druktype
ART
Arteriële druk
LV
Linkerventrikeldruk
PA
Longslagaderdruk
RV
Rechterventrikeldruk
CVD
Centrale veneuze druk
1)
CPP
Cerebrale perfusiedruk
RA
Rechteratriumdruk
LA
Linkeratriumdruk
ICP
Intracraniale druk
Generieke labels
GD1 tot GD4
OPMERKING
1)
De CPP-waarde wordt alleen berekend wanneer de drukwaarden ICP en ART M beschikbaar zijn.
Druklabelconflicten
Elk druklabel wordt toegewezen aan één locatie.
Als u het label opnieuw probeert te gebruiken, moet
u dit bevestigen. De M540 wijst het label toe aan
het momenteel geselecteerde parameterveld en
plaatst een automatisch druklabel (GD1 tot GD4)
op de vorige locatie. Wanneer de M540 gekoppeld
is in een IACS-configuratie, worden de druklabels
opgeslagen als onderdeel van het M540-profiel.
206
Invasieve bloeddruklabels
Gemeten drukwaarden
Systolisch, diastolisch, gemiddelde
Gemiddelde
Systolisch, diastolisch, gemiddelde
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2
Labelconflicten pod-M540
Op de hemodynamische pods worden druklabels
opgeslagen zoals op de M540. Wanneer een pod
met eerder opgeslagen labels wordt aangesloten,
kunnen er voor hetzelfde kanaal verschillende
druklabels bestaan. Dit veroorzaakt een conflict.
Als er een transducer op de pod wordt aangesloten,
heeft het label dat op de pod is opgeslagen voor-
rang. De M540 wijst dat parameterlabel toe aan het
druklabel lijstvenster. Als er geen transducer op de
pod is aangesloten, heeft het label dat op de M540
is opgeslagen voorrang.
Meetbereik
–50 tot +400 mmHg
–6,6 tot +53,3 kPa