Aritmiemodi
Als aritmiebewaking is geactiveerd, bepaalt de ge-
selecteerde aritmiemodus (elementair of geavan-
ceerd) hoeveel events er worden bewaakt. Wan-
neer de alarminstelling ASY/VF is ingesteld op
Altijd aan worden asystolie- en ventriculaire fibril-
latie-events nog steeds gerapporteerd, zelfs wan-
neer aritmiebewaking is gedeactiveerd.
Aritmiebewaking uit (de volgende events worden gedetecteerd als er ten minste één ECG wordt weer-
gegeven)
ASY
Asystolie
VF
Ventriculaire fi-
brillatie
Elementaire aritmiebewakingsmodus (de volgende extra events worden gedetecteerd)
VTACH
Ventriculaire ta-
chycardie
PVC
Premature ventri-
culaire contractie
ARTF
Artefact
Geavanceerde aritmiebewakingsmodus (de volgende extra events worden gedetecteerd)
BRADY
Bradycardie
RUN
Ventriculaire
RUN
AIVR
Versneld idioven-
triculair ritme
SVT
Supraventriculai-
re tachycardie
CPT
Ventriculair cou-
plet
OPMERKING
1)
Bepaalde vormen van ventriculaire tachycardie vertonen sinusoïdale curven die veel lijken op ventricu-
laire fibrillatie. Ten gevolge van de gelijkenissen tussen deze curven, kunnen dergelijke typen ventricu-
laire tachycardie worden geklasseerd als ventriculaire fibrillatie, de ernstigste van de twee condities.
2)
N is de eventtelling ingesteld in de tellingskolom van de ARR-insteltabel (zie pagina 132).
3)
In neonatale modus stelt u de alarmgrenzen voor BRADY in op de pagina voor alarminstellingen.
De M540 slaat voor deze event alarm als een grensoverschrijding.
4)
Een PVC of andere abnormale hartslag onderbreekt de analysesequentie en start de analyse opnieuw op.
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2
In de volgende tabel wordt vermeld welke aritmie-
events met elke bewakingsmodus worden gemeld.
4 s verstrijken zonder de waarneming van een geldig QRS-complex.
Sinusoïdale curve met fibrillatiekenmerken
N of meer PVC´s worden gedetecteerd binnen een tijdsinterval
T = (60 * (N - 1)) / R, waarin N de VTACH-telling is en R de
2), 4)
VTACH-frequentie
De PVC-alarmgrens is overschreden. De PVC-parameterwaarde stelt
het aantal QRS-complexen voor dat gedurende een tijdsinterval
van 1 minuut als PVC wordt geklasseerd.
Meer dan 50 % van de hartslagen in de laatste minuut zijn geklasseerd
als twijfelachtig
Acht of meer opeenvolgende normale slagen, met een gemiddelde
snelheid ≤bradycardie snelheidinstelling
Serie van 3 tot N–1 opeenvolgende PVC's met een hartslag-tot-hart-
slag-frequentie ≥ de VTACH-frequentie
Series van 3 of meer PVC's met een frequentie kleiner dan de
VTACH-frequentie.
N of meer opeenvolgende normale hartslagen, met een hart-
slag-tot-hartslag-frequentie groter dan of gelijk aan de SVT-instelling
Sequentie van hartslag met het patroon: normaal, PVC, PVC, normaal.
ECG, aritmie en ST-segment
1)
3)
2)
2)
129