Download Print deze pagina

Dräger Infinity M540 Gebruiksaanwijzing pagina 212

Verberg thumbnails Zie ook voor Infinity M540:

Advertenties

Hartminuutvolume (C.O.)
Overzicht van de cardiac output bewaking
De M540 berekent met behulp van de thermodilu-
tiemethode de cardiac output (C.O.) voor volwas-
sen en pediatrische patiënten. Cardiac output is
niet bedoeld voor neonatale patiënten.
De MPod – QuadHemo, Hemo4 en Hemo2-pods
worden aangesloten op de M540 en nemen de
bloed- en injectaattemperaturen op waarmee
de cardiac output waarde wordt berekend.
Hoewel de M540 de cardiac output algoritmen ver-
werkt, kunt u alleen de gegevens bekijken en de
functies voor de cardiac output op de Cockpit uit-
voeren wanneer de M540 is gekoppeld in een
IACS-configuratie. Raadpleeg de gebruiksaanwij-
zing Infinity Acute Care System – Bewakingstoe-
passingen voor meer informatie.
Meetmethode cardiac output
Een oplossing met een bekende temperatuur
en volume wordt in de bloedstroom in het rechte-
ratrium geïnjecteerd. Een thermistor in de katheter-
tip meet continu de temperatuur van het bloed ter-
wijl het het hart verlaat. Het injectaat vermengt zich
met het omringende bloed en koelt dit af. Het bloed
bereik zijn minimumtemperatuur relatief snel en
warmt vervolgens langzaam op totdat het opnieuw
de basislijntemperatuur van het bloed bereikt.
De totale daling van de bloedtemperatuur is omge-
Voorzorgsmaatregelen cardiac output
WAARSCHUWING
Een onjuiste berekeningsconstante kan on-
juiste C.O.-metingen opleveren en de patiënt
in gevaar brengen. Controleer of de handma-
tig opgegeven berekeningsconstante juist is
voor de katheter die u gebruikt.
212
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2
keerd evenredig aan de cardiac output van de
patiënt. Hoe lager de cardiac output waarde,
hoe meer het injectaat het bloed afkoelt.
Voor de berekening van de cardiac output houdt
de M540 rekening met de volgende factoren:
– Injectaatvolume, temperatuur, densiteit en de
specifieke warmte van de vloeistof die wordt
geënjecteerd.
– Basislijn bloedtemperatuur, dichtheid en speci-
fieke hitte
– Temperatuurwijzigingen van het bloedinjectaat-
mengsel.
– Gebied onder de temperatuurcurve
Raadpleeg de paragraaf "Voor de veiligheid van
u en uw patiënten" op pagina 5 voordat u bewa-
kingsfuncties uitvoert.
Parameterspecifieke foutberichten vindt u op
pagina 265.
Ondersteunde parameters
– C.O. – Cardiac output
– Tbloed – bloedtemperatuur
– Tinj – injectaattemperatuur

Advertenties

loading