Vertraging SpO
-
2
1)
alarm
1)
Alarmgroep
NIBP/SpO
-
2
1)
koppeling
ASYS/VF
1)
Alarmen
Pacemaker
2)
modus
OPMERKING
1)
Deze instelling is een gebruikersstandaard die voor elke patiëntcategorie identiek is en ook onder-
deel is van het profiel.
2)
Deze instelling is standaard en kan uniek zijn voor elke patiëntcategorie; het is onderdeel van het
profiel.
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540 patiëntmonitor VG2
Aan (standaard), Uit
0 (standaard) tot 255
Aan, Uit (standaard)
HR volgen, Altijd aan
(standaard)
Basis (standaard), Geavanc.
Wanneer geactiveerd, moet een overschrijding
van de SpO
lagere alarmgrens aanhouden
2
gedurende 10 seconden voordat akoestische
en visuele alarmsignalen worden geactiveerd.
Deze functie is niet mogelijk als de Nell-
cor-functie SatSeconds is ingesteld op
een andere waarde dan Uit (zie pagina 177).
OPMERKING
De alarmvalidatiefunctie moet geactiveerd zijn.
U kunt de M540 en andere monitors configure-
ren als leden van een alarmgroep. Met deze
functie wordt elk lid van een alarmgroep in
staat gesteld elkaars alarmcondities op af-
stand te bekijken.
Aan – de SpO
-alarmfunctie wordt gedeacti-
2
veerd tijdens metingen van niet-invasieve
bloeddruk en PLS CO-Ox (zie 'NIBP/SpO2-
koppeling-alarmfunctie' op pagina 89 voor
meer informatie).
Uit – de SpO
-alarmfunctie is tijdens niet-inva-
2
sieve bloeddruk- en PLS CO-Ox-metingen ge-
activeerd.
Altijd aan – ASY/VF-alarmfuncties zijn altijd
geactiveerd.
HR volgen – ASY- en VF-alarminstellingen
volgen de instelling van de HR-alarmen.
WAARSCHUWING
Als u HR volgen selecteert, worden de
ASY-en VF-alarmen niet gemeld als de HR-
en aritmiealarmfuncties zijn uitgeschakeld.
Basis – fusiemodus kan niet worden geselec-
teerd.
Geavanc. – hiermee kunt u de fusiemodus
selecteren op de ECG-instellingspagina
(zie pagina 123).
Systeemconfiguratie
233