Montage en voorbereiding
LET OP
Risico op onvoldoende gasdruk
Als de toevoerdruk van de centrale
gasverzorging te laag is, heeft dit nadelige
gevolgen voor de werking van het
anesthesieapparaat.
De manometer van elk afzonderlijk gas moet een
constante druk weergeven tussen 2,8 en 6 kPa x
100 (41 en 87 psi).
OPMERKING
Uitval van de gasverzorging kan tot uitval van de
aangesloten apparaten leiden.
Gascilinders met pin-index systeem
(optioneel)
WAARSCHUWING
Risico door onjuist monteren van de
gascilinder
Als er meerdere afdichtringen tussen de
gascilinder en de gasingang van de
cilinderhouder worden gebruikt, heeft dit
nadelige gevolgen voor het pin-index
veiligheidssysteem.
Bij het aansluiten van een gascilinder moet
altijd worden gecontroleerd of er pin-index
pennen aanwezig zijn. Het pin-index
veiligheidssysteem mag nooit omzeild
worden.
WAARSCHUWING
Explosiegevaar
Als de gascilinderafsluiters te snel worden
geopend, kan er een plotselinge verhoging
van de druk optreden.
– Open en sluit de gascilinderafsluiter
langzaam met de hand.
– Gebruik hiervoor geen gereedschap.
60
LET OP
Risico vanwege defect in gasverzorging
Laat gascilinders als reserve achter op het
anesthesieapparaat, zelfs als er een verbinding
naar de centrale gasverzorging loopt.
OPMERKING
Lekkende en stroeve gascilinderafsluiters
moeten worden gerepareerd volgens de
specificaties van de fabrikant.
Gascilinder aansluiten
I
J
H
G
1 Verwijder de oude afdichtring (D).
2 Plaats een nieuwe afdichtring (D) op de
cilinderhouder (J).
3 Zorg ervoor dat beide pin-index pennen (A)
onder de gasingang zitten (B).
4 Richt de gascilinder (F) zo uit, dat de pin-index
openingen op de cilinderkop (E) naar de pin-
index pennen (A) op de cilinderhouder wijzen
(J).
5 Steek de cilinderkop (E) van de gascilinder (F)
van onderaf in de cilinderhouder (J).
6 Breng de pin-index pennen (A) in de pin-index
openingen.
Gebruiksaanwijzing Fabius Tiro SW 3.n
A
B
C
D
E
F