Patiënt wijzigen
WAARSCHUWING
Risico door onjuiste instellingen
Voor anesthesieapparaten binnen dezelfde
zorgomgeving kunnen verschillende
standaard alarmgrenzen of
beademingsinstellingen geconfigureerd zijn.
De gebruiker dient de volgende punten in
acht te nemen:
– Zorg er voor dat de waarden voor nieuwe
patiënten juist zijn.
– Zorg ervoor dat de doelmatigheid van het
alarmsysteem niet verloren gaat door het
instellen van extreme alarmgrenzen of
door het uitschakelen van de alarmen.
– Controleer telkens wanneer de
beademingsmodus wordt gewijzigd de
startinstellingen voor alarmen en de
alarminstellingen.
Voer de volgende stappen uit bij het wisselen van
patiënt:
1 Druk op de
-toets (A) en bevestig uw keuze.
– Beademingsbewaking en alarmbewaking
zijn uitgeschakeld.
– Het beademingsapparaat stopt.
– De versgas-bewaking wordt voortgezet.
– De actuele instellingen blijven hetzelfde.
– Het Standby-scherm is actief.
– Standaardinstellingen worden geactiveerd.
Gebruiksaanwijzing Fabius Tiro SW 3.n
2 Druk op de Std. instell. herst.-toets, zie
hoofdstuk ''De standaardinstellingen
herstellen'' op pagina 135.
3 Controleer alle componenten. Voor details over
de teststappen, zie hoofdstuk ''Formulier voor
dagelijkse inspectie en controle voor gebruik''
op pagina 215.
4 Voer, indien nodig, een lektest uit, zie
hoofdstuk ''Lektest'' op pagina 132.
Dräger adviseert om de lektest in de volgende
gevallen uit te voeren:
– Wanneer de ademkalk is vervangen.
– Wanneer de beademingsslangen zijn
vervangen.
– Wanneer een verdamper vervangen of
gevuld is.
WAARSCHUWING
Risico op lichamelijk letsel bij de patiënt
Tijdens de lektest wordt het
beademingssysteem onder druk gezet.
Om letsel bij de patiënt te voorkomen, moet
de patiënt vóór het uitvoeren van de lektest
A
worden losgekoppeld.
5 Stel de beademingsmodus in en ga verder, zie
hoofdstuk ''Beademing'' op pagina 97.
Bediening
109