Pomptherapie - Inleiding
De theorie achter insulinepomptherapie
De insulineafgifte door een insulinepomp lijkt meer op de natuurlijke afgiftewijze – door de alvleesklier –
dan enige andere diabetes-therapie.
Alle mensen, diabetespatiënten of niet, hebben buiten de maaltijden om een continue hoeveelheid insuline
nodig voor hun normale lichaamsfuncties. Naast deze basale insuline of 'achtergrondinsuline' hebben ze een
extra dosis insuline nodig wanneer ze iets eten. Bij mensen zonder diabetes produceert de alvleesklier de
benodigde insuline. Bij diabetespatiënten moet de benodigde insuline kunstmatig worden toegediend, bij
voorkeur op de manier waarop normaliter de insulineproductie door de alvleesklier plaatsvindt.
De meeste mensen met diabetes die meer dan één injectie per dag nemen, gebruiken daarvoor langwerkende
insuline. Deze achtergrondinsuline voorziet in de continue insulinebehoefte. Voor hun maaltijden gebruiken
ze zogenaamde snelwerkende insuline. Bij insulinepompen wordt alleen snelwerkende insuline toegepast. U
beslist zelf wanneer en met welke snelheid de insuline moet worden toegediend.
Bij insulinepomptherapie kunt u een basale snelheid instellen voor de achtergrondinsuline. Deze wordt
continu, dag en nacht, toegediend en ondersteunt uw normale lichaamsfuncties wanneer u niet eet. Wanneer
u lichamelijke inspanningen levert, kunt u de basale snelheid verminderen om ervoor te zorgen dat uw
bloedglucosespiegel niet te ver daalt. Wanneer u ziek bent of last van een infectie heeft, kunt u de basale
snelheid opvoeren. Op die manier voorkomt u een te hoge bloedglucosespiegel.
Met insulinepomptherapie kunt u zo nodig een bolus (een extra dosis insuline) toedienen voor uw maaltijden.
U kunt de dosis van zo'n maaltijdbolus ook verhogen of verlagen, afhankelijk van wat u gaat eten. Ook voor
het verlagen van een verhoogde bloedglucosespiegel kunt u een bolus toedienen. Deze bolus noemen we een
correctiebolus.
De Paradigm-pomp beschikt bovendien over een optionele functie, de boluswizard. De boluswizard berekent
aan de hand van uw persoonlijke instellingen hoe groot de bolus moet zijn. De boluswizard doet dat op basis
van uw bloedglucosewaarde, uw koolhydraatinname en de hoeveelheid actieve insuline in uw lichaam.
Pomptherapie - Inleiding
11