Stoel als geheel optillen en naar
voren klappen totdat deze in de inge‐
klapte voorste stand vastklikt.
Druk op de bovenkant van de
zitplaats en vergrendel deze op zijn
plaats door op de vergrendelingshen‐
dels (pijlen) te drukken. Controleer of
de zitplaats goed vastgeklikt is.
Voorzichtig
Zet omwille van de veiligheid geen
zware voorwerpen op de neerge‐
klapte zitplaatsen achterin.
Trek bij het terugzetten van de
zitplaats stoel als geheel aan de
vergrendelingsstangen, laat de
zitplaats voorzichtig zakken en zorg
dat de vergrendelingshendels goed
komen te staan en vastklikken.
Let op
Zorg dat de verankeringspunten
schoon zijn voordat u de stoel
aanbrengt. Er mag geen gruis of iets
anders op zitten waardoor de stoel
niet goed vastklikt.
Zet de rugleuning omhoog en plaats
zo nodig de hoofdsteunen weer.
Zitplaatsen achterin verwijderen
Bij sommige modellen kan de baga‐
geruimte worden vergroot door de
achterbank 2e rij en 3e rij (mits
aanwezig) te verwijderen.
9 Waarschuwing
Nooit onderweg de achterbank
verstellen, omdat dit oncontroleer‐
bare bewegingen kan veroorza‐
ken.
Stoelen, veiligheidssystemen
9 Waarschuwing
Verwijderbare stoelen zijn zwaar!
Niet zonder hulp proberen te
demonteren.
Verwijder zo nodig de hoofdsteunen
3 46.
Achterbank ontgrendelen door de
pallen op de linker en rechter bank‐
bevestigingen omlaag te drukken en
naar voren te schuiven.
53