172
Verzorging van de auto
Koelvloeistof
De koelvloeistof biedt vorstbescher‐
ming tot ca. –28 °C.
Voorzichtig
Alleen goedgekeurde antivries
gebruiken.
Koelvloeistofpeil
Voorzichtig
Een te laag koelvloeistofpeil kan
motorschade veroorzaken.
Bij een koud koelsysteem moet de
koelvloeistof net boven het merkte‐
ken MINI staan. Bijvullen als het peil
te laag is.
9 Waarschuwing
Vóór het openen van de dop de
motor laten afkoelen. Dop voor‐
zichtig openen zodat de druk lang‐
zaam kan ontsnappen.
Vul bij met antivries. Is er geen anti‐
vries beschikbaar, gebruik dan
schoon kraanwater of gedestilleerd
water. Dop goed vastdraaien. Anti‐
vriesgehalte door een werkplaats
laten controleren en oorzaak van het
koelvloeistofverlies laten verhelpen.
Als een aanzienlijke hoeveelheid
koelvloeistof vereist is, dient het koel‐
systeem te worden ontlucht. De hulp
van een werkplaats inroepen.
Als de koelvloeistoftemperatuur te
hoog is, brandt controlelamp W 3 99
rood op de instrumentengroep,
samen met C 3 98. Bij een te laag
koelvloeistofpeil een werkplaats
raadplegen.
Stuurbekrachtigingsvloei‐
stof
Voorzichtig
Zeer kleine hoeveelheden vuil‐
deeltjes kunnen schade aan de
stuurinrichtingssysteem veroorza‐
ken, waardoor het niet meer goed
werkt. Voorkom dat vuildeeltjes in
contact komen met de vloeistof‐
zijde van de reservoirdop of dat ze
in het reservoir terechtkomen.
Het stuurbekrachtigingsvloeistofre‐
servoir zit onder het voorwielscherm
links, achter een bekledingspaneel.
In principe hoeft u het vloeistofpeil
niet te controleren. Als er bij het
sturen een ongewoon geluid klinkt of
als de stuurbekrachtiging vreemd
reageert, roep dan de hulp van een
werkplaats in.