Advertenties
Vierwielaandrijving
Oefen precies voldoende kracht uit op de
wielen om de heuvel te beklimmen. Te veel
kracht leidt tot doorslippen van de wielen
of verlies van grip, waardoor u de controle
over de auto verliest.
E143949
Rijd van een heuvel af in dezelfde
versnelling die u zou gebruiken om de
heuvel op te rijden om overmatige
rembediening en oververhitten van de
remmen te voorkomen. Rijd niet naar
beneden in neutraal. Zet de keuzehendel
van de transmissie in een lagere
versnelling. Voorkom tijdens het afdalen
van een steile heuvel plotseling bruusk
afremmen, omdat u dan de controle over
de auto kunt verliezen. De voorwielen
moeten draaien om de auto te kunnen
besturen.
De auto beschikt over een
antiblokkeersysteem voor de remmen;
bedien de remmen daarom gelijkmatig.
Maak geen pompbewegingen op het
rempedaal.
Rijden op sneeuw en ijs
WAARSCHUWING: Rijd altijd
voorzichtig onder gladde
omstandigheden waarbij
sneeuwkettingen of kabels nodig zijn.
Houd de snelheid laag, houd rekening
met een langere remweg en voorkom
Ranger (TKE) Vehicles Built From: 09-03-2020, nlBEL, Edition date: 202001, First-Printing
(indien aanwezig)
agressief sturen om de kans te
verminderen op verlies van de controle
over de auto en ernstige of dodelijke
verwondingen. Als de achterzijde van de
auto wegglijdt in een bocht, stuur dan in
de richting van het wegglijden tot u weer
controle over de auto hebt.
N.B.: Overmatige bandenslip kan leiden tot
beschadiging van de transmissie.
Auto's met vierwielaandrijving hebben
voordelen ten opzichte van auto's met
tweewielaandrijving in sneeuw en op ijs,
maar kunnen net als iedere andere auto
slippen. Als u wegglijdt terwijl u rijdt op
wegen bedekt met sneeuw of ijs, draai dan
het stuur in de richting van het wegglijden
tot u weer controle over de auto hebt.
Voorkom plotseling krachtig gas geven en
snel van richting veranderen op sneeuw en
ijs. Bedien het gaspedaal langzaam en
gelijkmatig als u uit stilstand vertrekt.
Voorkom plotseling remmen. Hoewel een
auto met vierwielaandrijving op sneeuw
en ijs beter accelereert dan een auto met
tweewielaandrijving, stopt deze niet
sneller, omdat alle vier wielen worden
afgeremd. Word niet overmoedig en houd
rekening met de omstandigheden op de
weg.
Houd voldoende afstand tot de voertuigen
voor u, zodat u veilig kunt stoppen. Rijd
langzamer dan normaal en overweeg één
van de lagere versnellingen te gebruiken.
Bedien het rempedaal gelijkmatig wanneer
u moet stoppen in noodsituaties. Maak
geen pompbewegingen met het
rempedaal, omdat de auto beschikt over
een antiblokkeersysteem voor vier wielen.
Zie Tips voor rijden met ABS (bladzijde
188).
185
Advertenties
