Download Print deze pagina

Ford RANGER 2020 Instructieboekje pagina 161

Advertenties

Langdurige opslag
De meeste diesel bevat biodiesel. Laat
auto's gevuld met biodiesel niet langer dan
een maand geparkeerd staan.
Dieselbrandstoffen met biodiesel kunnen
snel degraderen bij langdurige opslag,
vooral bij blootstelling aan warmte en in
vochtige omstandigheden. Het is
raadzaam contact op te nemen met een
erkende dealer.
Rijden in de winter
Diesel kan in het winterseizoen worden
aangepast voor koude temperaturen. Voor
het beste resultaat bij temperaturen onder
2°C is het raadzaam dieselbrandstof te
gebruiken die is aangepast voor de lokale
omstandigheden in de winter.
LOCATIE TANKTRECHTER
De tanktrechter bevindt zich in het
dashboardkastje.
OPRAKEN VAN DE
BRANDSTOF - BENZINE
Wanneer de brandstoftank helemaal leeg
raakt, kan dit schade aan de auto
veroorzaken die niet onder de
voertuiggarantie valt.
Als de tank is leeggereden:
Voeg minimaal 5 L brandstof toe om
de motor opnieuw te starten.
Het is mogelijk dat u na bijtanken het
contact herhaaldelijk moet uitzetten
en daarna weer aanzetten, zodat het
brandstofsysteem de brandstof van de
tank naar de motor kan pompen. Bij
opnieuw starten duurt de starttijd
enkele seconden langer dan normaal.
N.B.: Als de auto op een steile helling staat,
kan er meer brandstof nodig zijn.
Ranger (TKE) Vehicles Built From: 09-03-2020, nlBEL, Edition date: 202001, First-Printing
Brandstof en tanken
Een draagbaar brandstofreservoir
vullen
Gebruik de volgende richtlijnen om de
vorming van elektrostatische lading te
voorkomen, wat kan leiden tot
vonkvorming, wanneer u een niet-geaard
brandstofreservoir vult:
Brandstof toevoegen uit een
draagbaar brandstofreservoir
158
WAARSCHUWING: De brandstof
die door het spuitstuk van de
brandstofpomp stroomt, kan statische
elektriciteit veroorzaken. Dit kan brand
veroorzaken wanneer u een niet-geaard
brandstofreservoir vult.
Gebruik alleen een goedgekeurd
brandstofreservoir om brandstof in uw
auto te gieten. Plaats het goedgekeurd
brandstofreservoir op de grond tijdens
het vullen.
Vul het brandstofreservoir niet terwijl
het in uw auto staat (inclusief in de
kofferruimte).
Houd het spuitstuk van de
brandstofpomp in contact met het
brandstofreservoir tijdens het vullen.
Gebruik geen inrichting om de
handgreep van de brandstofpomp op
zijn plaats te houden.
WAARSCHUWING: Stop geen
spuitstuk van een brandstofreservoir of
trechter in de brandstofvulnek. Dit kan
de vulnek van het brandstofsysteem of
de afdichting ervan beschadigen en kan
ervoor zorgen dat er brandstof op de
grond terecht komt.

Advertenties

loading