Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Ultima X Series Gasdetectietransmitter Kalibratieprocedure - MSA ULTIMA XL Series Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

MSA
ULTIMA X Series gasdetectietransmitter kalibratie uitgangssignaal
De ULTIMA X Series gasdetectietransmitter wordt geleverd met uitgeschakeld
kalibratie-uitgangssignaal zodat het uitgangssignaal met de gasconcentratiewaar-
de tijdens het kalibratieproces overeenkomt. Bij sommige toepassingen kan het
wenselijk zijn om het uitgangssignaal op een bepaalde uitgangswaarde te activeren
of te vergrendelen zodat er geen alarmen geactiveerd kunnen worden. Het kalibra-
tiesignaal kan worden geactiveerd door een HART-controller te gebruiken met DDL
of producent-specifieke commandofunctionaliteit. Wanneer het kalibratiesignaal is
geactiveerd, is het uitgangssignaal 3,75 mA voor de 4-20 mA uitgang uitvoeringen
tijdens de kalibratiecyclus en gedurende 1 minuut nadat de kalibratie is afgerond.
Voor het bereik van 25% zuurstof, is het kalibratiesignaal 21 mA. Zuur-
stof kan worden ingesteld op 3,75 mA kalibratiesignaal door de ALERT
optie AAN te zetten.
3.3

ULTIMA X Series gasdetectietransmitter kalibratieprocedure

Lees alle kalibratie-instructies goed door alvorens te beginnen met de eigenlijke
kalibratie. Bestudeer verder alle kalibratie-onderdelen om er mee bekend te raken.
Tijdens de kalibratie moet het testgas snel naar de eenheid worden toegevoerd.
Eerst de kalibratie-onderdelen aansluiten helpt bij aan een eenvoudige kalibratie
van de eenheid.
De enige betrouwbare controle van de werking van de gasdetectietransmitter is
door testgas met bekende concentratie direct aan de sensor aan te bieden m.b.v.
een kalibratie-adapter. De kalibratieprocedure moet regelmatig worden uitgevoerd.
INITIËLE kalibratie
Wanneer de eenheid voor het eerst wordt ingeschakeld, of wanneer een nieuwe
sensormodule in de eenheid is geplaatst wordt een START kalibratie aanbevolen.
Deze procedure stelt de eenheid in staat gegevens met betrekking tot de sensor te
verzamelen en kan zodoende de juiste beslissingen nemen voor de CHANGE
SENSOR functie en een juiste werking bewerkstelligen van de CAL FAULT functie.
Tijdens normaal gebruik mag START Kalibratie alleen worden gebruikt wanneer
een standaard kalibratie geen foutsituatie op kan lossen die is veroorzaakt door het
gebruik van een verkeerd testgas of andere gelijksoortige situatie.
Overzicht
Het volgende rapport geeft een overzicht van de kalibratieprocedure voor de
ULTIMA XL/XT gasdetectietransmitter m.b.v. een Device Description Language
geschikte HART-communicator. De procedure is een menu-gestuurd proces, waar-
bij gebruikt wordt gemaakt van een reeks gebruikersinstructies die aangeven wan-
neer gas moet worden toegevoerd.
NL
ULTIMA XL/ULTIMA XT
Opstarten en kalibratie
35

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Ultima xt series

Inhoudsopgave