MSA
5
Onderhoud
5.1
Algemeen
De ULTIMA XL/XT Series gasdetectietransmitter voert constant een zelfcontrole
uit. Wanneer een probleem wordt geconstateerd geeft het instrument een overeen-
komstige foutmelding weer. [zie "Richtlijnen voor het oplossen van problemen"]. Als
een kritieke fout wordt gedetecteerd in de eenheid, dan gaat het uitgangssignaal
naar een foutconditie.
-
Voor 4-20 mA uitvoeringen: uitgangssignaal is 3,0 mA
-
De "CHANGE SENSOR" melding is geen fout en heeft geen invloed op het uit-
gangssignaal.
5.2
ULTIMA XIR Reinigingsprocedure
De aanwezigheid van deeltjes, olielaagjes, vloeibaar water of de resten van water-
druppels op de twee bewakingsvensters kan een negatief effect hebben op de
prestaties. De weerbeschermkap is ontworpen om te vermijden dat vreemde vaste
of vloeibare stoffen het optische systeem van de sensor bereiken. Daarnaast zijn
verwarmingselementen opgenomen in de eenheid om condensatie van water te
voorkomen. Onder extreme omstandigheden echter kan het zijn dat er zich materi-
aal afzet op deze oppervlakken en kan het nodig zijn om af en toe de vensters te
controleren en te reinigen.
De vensters kunnen eenvoudig gereinigd worden na verwijdering van de weerbe-
schermkap. Ondanks het feit dat beide vensters van duurzaam en krasbestendig
materiaal zijn gemaakt, moet men overmatige druk tijdens het reinigen vermijden.
Schone wattenstaafjes zijn het meest geschikt voor de reiniging van vensters. Stof
kan worden verwijderd door het afnemen van het venster met een droog watten-
staafje of met een wattenstaafje gedoopt in gedestilleerd water. Een extra, schoon
wattenstaafje moet worden gebruikt voor het verwijderen van resterend water. Een
wattenstaafje dat licht bevochtigd is met isopropylalcohol kan gebruikt worden voor
het verwijderen van dikke lagen met vast of vloeibaar materiaal of olielagen. Reinig
het venster nog een keer met een schoon in gedistilleerd water gedoopt watten-
staafje, en droog het venster vervolgens met een schoon staafje. Vermijd het ge-
bruik van overmatig water of alcohol tijdens de reiniging en ga na of het hele
vensteroppervlak goed schoon is. Als water of isopropylalcohol is gebruikt, laat dan
de sensor 15 minuten aan staan om hem helemaal te drogen alvorens de weerbe-
schermkap terug te plaatsen en verder te gaan met het detecteren van brandbaar
gas. Het wordt aanbevolen om na het reinigen van de vensters de responstijd van
de transmitter te testen voor zowel nul- als kalibratiegas [zie " Opstarten en kalibra-
tie"].
NL
ULTIMA XL/ULTIMA XT
Onderhoud
131