Inhoudsopgave
Advertenties
Specificaties
Speciale voorwaarde voor veilig gebruik
-
Om de prestaties van het systeem voor gassoorten 31, 32, 33, 51, 52, of 53 te
handhaven, moet de sensor waarop het instrument is aangesloten ook voldoen
aan de vereisten van EN 61779-1, EN 61779-4 en EN 50271 daar waar van
toepassing.
-
Om de prestaties van het systeem voor gassoorten 13 of 14 te handhaven,
moet de sensor die op dit instrument is aangesloten ook voldoen aan de vereis-
ten van EN 50104 en EN 50271.
-
Om een aan ATEX voldoend systeem te handhaven, moet de sensor die op dit
instrument is aangesloten eveneens ATEX-gecertificeerd zijn.
-
De flying leads van de ULTIMA XE sensor moeten afdoende worden be-
schermd tegen mechanische beschadiging en moeten worden afgesloten met
een klem of aansluiting die geschikt is voor de gebruiksomstandigheden.
Product:
Omgevingsomstan-
digheden:
Behuizingmateriaal: 316 of CF8M RVS
Soort bescherming: EN 60079-0, EN 60079-1
Prestatie:
Gas:
Markering:
OPMERKING: opstelling kan anders zijn of extra informatie bevatten die niet gere-
lateerd is aan deze goedkeuring.
128
ULTIMA XIR Sensor
A-UltX - Sens - a - b – 0
aa = gassoort: 38, 39, 58 of 59
b = behuizingstype: 9 of 10
Temperatuur: -40°C tot +60°C;
Druk: 80 kPa [0,8 bar] tot 110 kPa [1,1 bar];
en lucht met normaal zuurstofgehalte: typisch 21% v/v.
EN 61779-1, EN 61779-4, EN 50104, EN 50271
Methaan & propaan
a = gassoort = 31, 32, 33, 51, 52 of 53
meetbereik: 0 – 100% LEL
ULTIMA XIR SENSOR
II 2 G Ex d IIC T4
FM07ATEX0032X
EN 61779-4
-40°C ≤ Ta ≤ +60°C
ULTIMA XL/ULTIMA XT
MSA
NL
Advertenties
Inhoudsopgave
