Inhoudsopgave
Advertenties
5. Instellingenmenu's van het apparaat
Binnenk. reinigen
Hiermee worden de interne compartimenten automatisch schoongemaakt. Maak de binnenkant schoon
wanneer u het apparaat een lange tijd niet gebruikt.
Voor het schoonmaken van de binnenkant gebruikt u de optionele, speciale schoonmaakcartridge.
• Zodra het schoonmaken van de binnenkant is gestart, kan het niet worden geannuleerd. Het
schoonmaken moet zijn voltooid voordat het apparaat opnieuw kan worden gebruikt. Zodra
het schoonmaken is voltooid, vervangt u de inktcartridge, zet u het apparaat aan en zorgt voor
de eerste aanvoer van inkt. Zodra het bericht "Gereed" na de eerste aanvoer van de inkt wordt
weergegeven, kunt u het apparaat gebruiken.
• Tijdens het schoonmaken van de binnenkant ontstaat een grote hoeveelheid afvalvloeistof.
Wanneer het schoonmaaken mislukt, is bovendien een nieuwe inktcartridge of
inktopvangeenheid nodig vanwege het extra inktverbruik of het ontstaan van afvalvloeistof.
Maak de binnenkant alleen schoon als u het apparaat gedurende drie maanden of langer niet
gebruikt.
• Wanneer het apparaat na het schoonmaken van de binnenkant opnieuw wordt gebruikt, moet
eerst inkt worden aangevoerd. De inkt die eerst wordt aangevoerd, wordt verbruikt. Om een
inkttekort tijdens de eerste aanvoer van inkt en het verbruik van de inktcartridge te vermijden,
moet bij hernieuwd gebruik van het apparaat een nieuwe inktcartridge worden bevestigd.
• Voor het schoonmaken van de binnenkant gebruikt u een speciale, nieuwe schoonmaakcartridge.
• De schoonmaakcartridges voor elke kleur zijn voor eenmalig gebruik. Zelfs als de cartridges nog
vloeistof bevatten, mogen ze niet opnieuw worden gebruikt. Wanneer de schoonmaakcartridge
opnieuw wordt gebruikt, wordt het schoonmaken niet voltooid.
• Wanneer de onderhoudseenheid niet is schoongemaakt en het automatische printkoponderhoud
niet wordt uitgevoerd, kan het schoonmaken van de binnenkant mislukken. Wanneer de
onderhoudseenheid niet wordt schoongemaakt en het automatische printkoponderhoud niet wordt
uitgevoerd, voer dit onderhoud dan uit voordat de binnenkant wordt schoongemaakt. Voor meer
informatie, zie Pag. 137 "Onderhoudseenheid schoonmaken", Pag. 140 "Autom prntk.ondh".
• Gebruik het apparaat niet tijdens het schoonmaken van de binnenkant. Dit kan leiden tot een
schoonmaakstoring. Wanneer de inktopvangeenheid vol is tijdens het schoonmaken, wordt een
bericht weergegeven. Gebruik het apparaat echter niet tot het schoonmaken is voltooid. Tevens
mag er niet worden afgedrukt of verbinding met het apparaat worden gemaakt via een computer.
• Wanneer het apparaat na het schoonmaken van de binnenkant wordt opgeborgen, moet het met
een geïnstalleerde schoonmaakcartridge worden opgeborgen. Plaats de inktcartridge terug
wanneer het apparaat weer wordt gebruikt.
142
Advertenties
Inhoudsopgave
