Er wordt een sensorbericht weergegeven wanneer het apparaat geen SpO
pulsfrequentie kan verkrijgen.
Opmerking:
Als de sensor niet goed is aangesloten, kan het monitoringsysteem het signaal van de patiënt verliezen.
Opmerking:
Fysiologische condities, medische procedures of externe middelen die het vermogen van het
monitoringsysteem om metingen te detecteren en weer te geven, kunnen beïnvloeden, zijn onder meer
disfunctionele hemoglobine, arteriële kleurstoffen, lage perfusie, donker pigment en extern aangebrachte
kleurmiddelen, zoals nagellak, kleurstof of gepigmenteerde crème.
Bedieningshandleiding
Afbeelding 3-1. Een pulsoximetriesensor aansluiten op de interfacekabel
Installatie
-niveau of
2
3-7