SPIEGELS
(2/3)
1
Kantelende spiegels bij
achteruitrijden
Voor auto's met een bestuurdersstoel met
geheugen kunt u de spiegels specifiek af-
stellen bij het achteruitrijden en de stand in
het geheugen opslaan.
Selecteer bij stilstaande auto en ingescha-
kelde achteruitversnelling de spiegel met
behulp van schakelaar 2 en zet daarna de
spiegel met knop 1 in de gewenste stand.
Vastleggen van de afstellingen
– De buitenspiegels afstellen (zie vorige
paragrafen);
– Zie de gebruiksaanwijzing van het multi-
mediasysteem om de geheugeninstellin-
gen te openen. Sla de instellingen op.
De posities van de buitenspiegels in vooruit-
2
en achteruitversnelling, en de positie van de
bestuurdersstoel worden tegelijk opgesla-
gen.
Voer deze verstellingen uitslui-
tend uit als de auto stilstaat.
Oproepen van de
geheugenpositie
Zie de gebruiksaanwijzing van het multime-
diasysteem om de opgeslagen stand op te
roepen.
Selecteer "Terugbellen".
De standen van de buitenspiegels bij het
vooruitrijden en het achteruitrijden en van de
voorstoelen worden opgeroepen.
Teruggaan naar de rijstand
Er wordt overgeschakeld van de stand bij
achteruitrijden naar de stand bij vooruitrij-
den:
– ongeveer 9 seconden nadat uit de ach-
teruitversnelling is geschakeld, wanneer
de snelheid minder dan 10 km/u be-
draagt;
– wanneer in vooruit wordt geschakeld en
de snelheid meer dan 10 km/u bedraagt;
– wanneer de motor stilstaat;
– wanneer de schakelaar 2 in neutrale
stand staat.
1.85