VERLICHTING EN SIGNALEN
1
š
Markeringslichten
Draai de ring 2 tot het symbool bij
het merkteken 3 staat:
Dit controlelampje op het in-strumentenpa-
neel licht op.
Functie verlichting overdag
De dagrijverlichting schakelt overdag au-
tomatisch in zonder dat u de schakelaar 1
hoeft te bedienen bij het starten van de
motor, en gaat uit bij het stoppen van de
motor.
(1/8)
2
3
k
Dimlicht
Handbediend
Draai de ring 2 tot het symbool bij het merk-
teken 3 staat: Dit controlelampje op het in-
strumentenpaneel licht op.
Automatische werking
(afhankelijk van de auto)
Draai de ring 2 tot het symbool AUTO bij
het merkteken 3 staat: draaiende motor, de
dimlichten schakelen automatisch in en uit,
naargelang de helderheid buiten, zonder dat
u de schakelaar 1 hoeft te bedienen.
Afhankelijk van de auto verschijnen de dim-
lichten automatisch na enkele wisbewegin-
1
gen van de ruitenwisserbladen.
Koplampen afstellen
De koplampen worden automatisch afge-
steld aan de hand van de belading van de
auto;
De dimlichten zijn zodanig ontworpen
dat u zonder aanpassingen ermee kunt
rijden in een land waar de verkeersrich-
ting tegenovergesteld is aan die van het
land waarin uw auto oorspronkelijk is
verkocht.
1.91